306 14 SEPTEMBER 1960 De heer MINDERHOUD kan zich ook aansluiten bij de woorden van waardering. De VOORZITTER is erkentelijk voor de woorden van waardering die er zijn gesproken. Hij zal deze dank delegeren aan de rijkswaterstaat van wie veel begrip en medewerking is ondervonden. De voorgenomen voor zieningen aan de Franklin Rooseveltlaan kunnen geen verrassing zijn voor de bewoners. Het zijn reeds oude plannen en de weg zal er alleen maar veiliger door worden. 25 jaar lang is er geen vooruitzicht op een rondweg geweest; nu kan men slechts dankbaar zijn voor een snelle en veilige weg door de stad. Aan het adres van de heer Melzer zegt spreker, dat de rijke oom van de totale kosten van ongeveer 8 miljoen er dan toch 4 miljoen gulden voor over heeft. Inderdaad is het zoals de heer Melzer bedoelde, een zware last voor de gemeente; er zijn momenteel geen dekkingsmiddelen; het zal een zaak van overleg worden met gedeputeerde staten en het rijk. Burgemeester en wethouders zullen al het uiterste doen om in overleg de zaak zo goed mogelijk te financieren. Spreker zegt, dat het college van burgemeester en wethouders verheugd is dat de plannen zo goed zijn ontvangen. Hierna wordt overeenkomstig de voorstellen besloten. 6. Verordening ex artikel 16, 2e lid, der winkelsluitingswet. De heer QUADEKKER vraagt wie als bezoeker van een motel worden beschouwd. Is iemand die er gaat slapen, eten of er iets gebruikt een bezoeker? Wie bezoekt een motel. Als een chauffeur om 3 uur 's nachts aanlegt is dit ook een bezoeker, evenals het raadslid dat na de vergadering daar nog een kop koffie wil gebruiken. Volgens spreker is artikel 6a een farce en gelden ook voor hen de in artikel 2 onder a, b en c bedoelde verboden niet. Artikel 6a zou derhalve gerust kunnen vervallen. Wil men het echter laten staan terwille van de staatssecretaris van economische zaken dan kan spreker daarmede ook akkoord gaan. De VOORZITTER antwoordt dat de rechter geval voor geval zal moeten uitmaken wie bezoeker is. Hoofdzaak is dat de onderhavige juridische vorm de staatssecretaris behaagt. Laten wij ons er niet verder in verdiepen. De heer VAN WERKHOOVEN vindt het jammer dat de adviseurs van burgemeester en wethouders deze redactie niet hebben voorzien. Hij neemt aan dat het een moeilijke materie is. De Voorzitter zegt dat de verordening nu op alle motels slaat en niet zoals bij de oude redactie op een enkel geval. Zonder verdere beraadslagingen wordt conform het voor stel besloten. 7. Subsidie Pius X-stichting. De heer VAN BIJNEN zegt: In de loop van 1960 hebben de raad meermalen voorstellen van burge meester en wethouders bereikt, welke, alhoewel men het niet altijd over alle details eens was, toch de bewondering en de sympathie van de raad

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1960 | | pagina 306