14 SEPTEMBER 1960 309 jich Mevrouw VAN MIERLO deelt mede dat zij een van de leden van de rerk K.V.P.-fractie is die niet met het voorstel kan meegaan. Ook zij hecht l of alle waarde aan coördinatie; dat is nodig en wenselijk, doch dit moet laar volgens spreekster wel op een andere manier geschieden. Er is nu eenmaal tiid- een rijksregeling: zij zou gaarne zien indien de gemeentelijke regeling zich van daarbij zou aansluiten. Er moet niet gesubsidieerd worden in het exploitatie van tekort evenmin als met een bijdrage per inwoner. Het rijk rangschikt het nel- gezins- of wijkwerk tot het bijzonder maatschappelijk werk. De rijks regeling voorziet erin dat 95% van het totaal aan exploitatielasten door t is de overheid kan worden gedragen. Voor de stichting zelf blijft dan maar ster 5% voor eigen rekening. Men volgt de rijksregeling al of niet, doch daar Een- moeten geen amendementen in worden aangebracht. In het preadvies iter staat: „Al eerder hebben wij onze verontrusting uitgesproken over het in gebrek aan samenwerking op het terrein van het maatschappelijk werk. Zo Het overleg dat vooral de laatste maanden heeft plaats gehad oor Volgens spreekster heeft er echter niet veel overleg plaats gehad, alleen ;nte j.l. maandag. Gaarne zou zij gezien hebben indien er met de Pius X- ers- stichting meer overleg had plaats gevonden. Er staat voorts in het pre- dan advies te lezen: „dat het stedelijk centrum een structuurplan zal voor- iten bereiden, waarin getracht zal worden de opbouw van het plaatselijk maat- dan schappelijk werk en de taakvervulling bij de diverse organen van het par- tale ticulier initiatief, aan te geven en deze met voldoende waarborgen te ver- Hen enigen om in samenwerking en overleg zowel tussen de organisaties onder- ich- ling als ook met de gemeente de noodzakelijke integratie en doeltreffend- [ing heid van het maatschappelijk werk vollediger te verkrijgen. Het werk van zou de Stichting Wijkwerk Pius X zal hierbij moeten aanhaken." Dit is nogal de imperatief voorgeschreven. Zij zou liever zien indien de organisaties zelf in onderlinge samenwerking tot meer coördinatie van werk zouden kunnen komen. :en Spreekster gaat volledig akkoord met de indiening van de begroting bng en rekening. Er moet echter niet worden getreden in het beleid van de de stichting. In het preadvies staat te lezen: „Bovendien dient de nadruk niet her 0p de afrekening maar op de begroting te liggen zodat tevoren inzicht wordt verkregen in de doelmatigheid van de voorgenomen uitgaven". Door in het beleid van de Pius X-stichting te treden, wordt de autonomie van de len. stichting in gevaar gebracht. rag Voorts staat in het voorstel „dat de gemeente door het toezicht op de ch- begroting beter in staat wordt gesteld om de aard en de waarde van het werk van de stichting te beoordelen", alsmede: „dat burgemeester en wethouders gaarne gezien zouden hebben dat een structuurwijziging bij de ies stichting zou hebben plaats gevonden, in die zin, dat de thans regionaal cj,_ werkende stichting door een stedelijke zou zijn vervangen". Spreekster jn vraagt zich echter af wie dit alles beoordeelt en welke instanties gehoord 5fer worden. Is over dit concrete voorstel overleg gepleegd met de Pius X- eer stichting en met de directeur van het sociaal charitatief centrum? Waarom 7an is de burgerlijke instelling voor maatschappelijke zorg niet ingeschakeld? -]en Het subsidie over de jaren 1958 en 1959 is nog niet betaalbaar gesteld. er De voorgestelde regeling die op 14 september 1960 wordt vastgesteld -,0lj willen burgemeester en wethouders doen ingaan op 1 september 1959. Dit acht spreekster niet juist; dit zou wel eens nadelig voor de stichting t kunnen zijn. sen De heer VIS heeft veel waardering voor het preadvies vooral vanwege jg de uitvoerigheid en de degelijkheid. Spreker zegt allang een zeker gevoel en7 te hebben dat het sociale werk van de Pius X-stichting moeilijk is te beoordelen. Zijn fractie heeft evenwel voor dit werk grote belangstelling. Op de wijze zoals in het voorstel is aangegeven kan de raad beter kennis

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1960 | | pagina 309