13 JANUARI 1960 31 worden aangenomen en daar is men dan zo maar niet meer van af. Bo vendien blijft het niet bij deze drie. Als men later, wanneer de week- loners maandloners zijn geworden toch van het oude systeem wil afstap pen, dan raakt men deze mensen niet meer kwijt. Het is toch een logische gang van zaken dat men eerst een proef neemt. Men is dan nog niet gebonden aan personeel. Hij wil bij de raad pleiten voor dit voorstel van burgemeester en wethouders. Of men nu per vier weken of per zes weken betaalt maakt zoveel niet uit. Het geeft voor de mensen een iets andere budgettering. Gaat de raad niet mee met het voorstel dan moeten er mensen aangenomen worden en moeten er meerdere machines aan geschaft worden. Wil de raad een proef nemen, dan kan dit alles nog worden uitgesteld. De heer VAN CAULIL zegt, dat als de raad een proef wenst te ne men, dit in de winter moet gebeuren en niet in de vakantie. Dan krijgt men geen juist beeld. In het preadvies is geen sprake van een proef nemen. Het voorstel spreekt van definitieve omschakeling. Gaat de raad een proef nemen, dan moeten dezelfde machines worden aangeschaft als bij een definitieve beslissing. Het bedrag ad 48.000.dit is een cent per week per inwoner, is onbelangrijk. De geopperde bezwaren vindt spreker belangrijker dan de bezuiniging. De heer VAN BIJNEN is door het betoog van de wethouder niet over tuigd. Wordt er nu bezuinigd door mindere incassokosten of door andere machines. Men moet wel eens wat riskeren. Spreker voelt er voor het voorstel aan te houden en dan nog eens te bezien of het nu wezenlijk niet anders kan. Mevrouw VAN MIERLO zegt, dat de proef in augustus slechts matig heeft bevredigd. En juist in die maand zijn de mensen kleine bedragen verschuldigd. Het lijkt haar juist over dit voorstel de vrouwenorganisaties te horen, doch deze zullen zeker voor 90% tegen het voorstel zijn. Voor de weekloners en voor de maandloners is het huidige systeem het gemak kelijkst. Spreekster voelt wel voor een systeem, waarbij elke maand een vast bedrag wordt betaald en een afrekening op het einde van het jaar. Een grotere tijdsruimte tussen de incasso's in de zomermaanden is niet zo erg voor de belanghebbenden en komt goed uit in verband met de vakanties van de opnemers en de incasseerders. De heer HULSKRAMER is door het betoog van de wethouder niet overtuigd. Deze gaat te licht over de bezwaren heen. Vroeger kreeg men inderdaad bij afwezigheid een kaart in de bus, waarop de meter stand kon worden opgegeven. Nu echter kan men aanvragen of men de meterstand komt opnemen. De heer Vermeulen heeft er voor gepleit een proef te nemen met het nieuwe systeem. Lukt zij niet, dan kan men weer terug naar het oude. De weg terug is echter moeilijk. Het zal om administratieve redenen moeilijk zijn later weer op het oude systeem terug te gaan. De heer BASTIAANSEN heeft ook niets gezegd in eerste instantie. Hij wil nu echter even terugkomen op een aantal argumenten welke vóór het voorstel te berde zijn gebracht. Als er een proef genomen wordt, dan zal van de zijde van het bedrijf wel worden gesteld, dat de proef glansrijk geslaagd is. Op een ander terrein zullen de slagen echter vallen. Er zal wanbetaling van leveranciers plaats vinden. Spreker voelt niets voor een gedirigeerd opvoedingssysteem. Van omschakeling van week loners naar maandloners is alleen nog maar sprake bij de overheid en niet in 't vrije bedrijf. Daar is dit onderwerp nog nimmer serieus bespro ken. Spreker voelt voor efficiency, doch de prijs acht hij te hoog.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1960 | | pagina 31