14 SEPTEMBER 1960 327 bijkomstige aard. Het is evenwel niet te verwaarlozen. Er is natuurlijk renteverlies; dit is echter een minimaal bedrag tegen het voordeel wat het oplevert. Dat er nu al vele moeilijkheden bij vele gezinnen zijn om te betalen, kan niet bewezen worden door de volle gangen bij de dienst. Deels zijn het wanbetalers van professie, maar het zijn ook dikwijls mensen die bij de kwitantie-aanbieding niet thuis waren. Ten aanzien van de aan de incasseerders te stellen eisen, mag men niet van de gedachten uitgaan dat hogere eisen zouden worden gesteld dan voor de functie nodig is. Er moet nu eenmaal wel aan bepaalde eisen worden voldaan; een incasseerder van een andere dienst bleek ongeschikt. Voor meteropnemer moet men ook een zekere vaardigheid hebben; bij proeven is gebleken dat vele kandidaten niet in staat waren om een meter op te nemen. Voor incasseerder behoeft men nu wel geen professor te zijn, maar men moet wel kwaliteiten hebben om met geld om te gaan. Om voor een bepaalde groep driemaandelijks incasso te doen is theorie tegenover praktijk. Er zijn wellicht ook mensen die halfjaarlijks of jaar lijks willen betalen. De administratie is evenwel automatisch en kan daar niet op worden afgesteld. Om in de wintermaanden het oude systeem toe te passen is ook niet te doen; dan zit de dienst een gedeelte van het jaar met dezelfde moeilijk heid als waarmee ze thans zit. Door achtmaal per jaar te doen opnemen kan met het huidige personeel worden volstaan. Om het aantal giro-overschrijvingen op te voeren is het vorig jaar een poging in het werk gesteld. Dit heeft toen aardige resultaten opgeleverd. Men is thans doende om opnieuw een dergelijke actie op touw te zetten. Dit geeft wel weer enig soelaas, maar men is er niet mee klaar; de stad breidt zich ook uit. Het college heeft niet graag het besluit genomen om in de vakantietijd om de twee maanden te doen incasseren. Het was harde noodzaak. De raad zou het van de andere kant ook niet op prijs stellen als het bedrijf niet goed functioneerde en de zaak in het honderd zou lopen. Tenslotte deelt spreker mede dat het hem niet bekend is hoe het in Tilburg is geregeld. De heer VAN BIJNEN heeft uit het betoog van de wethouder begrepen dat het voorstel harde noodzaak is. Met pijn in het hart wil spreker de sociale bezwaren laten varen. Hij wil nog wel de suggestie doen dat het mogelijk gemakkelijker is voor de mensen om tweemaandelijks te doen incasseren dan zeswekelijks, vooral wanneer over de gehele lijn de maand lonen zijn ingevoerd. De heer HULSKRAMER zegt dat door verschillende sprekers is betoogd dat er geen nieuwe argumenten naar voren zijn gekomen. Er kan gerust gesteld worden dat de gemeentebesturen van mening zijn dat het tweemaandelijks systeem daar goed loopt; doch men kent en ziet niet de moeilijkheden in de gezinnen. Hij stelt voor het voorstel aan te houden teneinde het systeem van de gemeente Tilburg te bekijken. Zou ook dat geen goed systeem blijken te zijn, dan kan het onderhavige voorstel altijd nog worden aangenomen. De heer VAN DE NOORT zegt dat door de wethouder gesteld is dat door combinatie het werk niet snel meer kan worden uitgevoerd. Hij heeft ook niet bedoeld te zeggen dat door combinatie het werk haastiger zou kunnen geschieden. Hij heeft alleen gewezen op de combinatie van de functies in verband met personeelstekorten.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1960 | | pagina 327