388
3 NOVEMBER 1960
Spreker is hiervan geen voorstander. Het seniorenconvent is bedoeld
als een incidenteel en informeel contact tussen de voorzitter en de fractie
voorzitters. Spreker meent dat het niet juist zou zijn hier een andere
richting te kiezen.
De heer Van Bijnen heeft over de notulen gesproken. Er zijn stemmen
opgegaan om de notulering op andere wijze te doen geschieden. Burge
meester en wethouders zijn van mening, dat het gebruik van een band
recorder bepaaldelijk niet aanbevelenswaardig is. In de eerste plaats
omdat dit veel te veel tijd zou vergen van de ambtenaar die deze notulen
moet uitwerken en in de tweede plaats omdat het lang niet iedereen
gegeven is zijn zinnen en zinswendingen zo samen te stellen dat het
gezegde behoorlijk tot uitdrukking komt.
Burgemeester en wethouders zijn van mening, dat het het beste is de
huidige vorm van notuleren te handhaven.
De heer Van Bijnen heeft gezegd, dat de moeite die de industrie N.V.
doet niet adequaat is aan haar resultaten. De uitgaande pendel neemt
steeds toe en wel van 500 tot 1000; hij concludeert daaruit dat het aantal
arbeidsplaatsen in Breda is achtergebleven. Spreker constateert, dat het
bestaand aantal arbeidsplaatsen in Breda, 12.000 in de industrie, zijnde
40% van de beroepsbevolking, normaal is. Er is nog een schromelijk
tekort aan arbeidskrachten. Zo b.v. waren er in september in Breda 876,
in Etten 321 en in Oosterhout 714 nog te vervullen arbeidsplaatsen. Men
vraagt zich dan af hoe is dit in overeenstemming te brengen met de
uitgaande pendel? Waar komt die pendel vandaan?
Er dient onderscheid gemaakt te worden tussen de normale en exces
sieve pendel. Niemand vindt het abnormaal dat een werknemer per brom
fiets naar Etten of Oosterhout gaat om daar te werken. De excessieve
pendel wordt steeds minder excessief omdat de afstanden steeds kleiner
worden. Grote groepen arbeidskrachten gaan naar Rotterdam om daar
te werken. Waarom gaan zij daarheen en blijven zij niet in Breda? Klaar
blijkelijk omdat de lonen, de arbeidsvoorwaarden en de secundaire arbeids
voorwaarden in Rotterdam veel gunstiger zijn.
Deze toestand is meer of minder kunstmatig. Bij het ontstaan daarvan
spreken de werknemers ook een woordje mee. Spreker ziet hierbij nog af
van de sociale en morele vraagstukken, welke deze toestand in het leven
roept. Men kan zich afvragen hoe het komt, dat Breda ondanks dit alles
toch zo snel groeit. Burgemeester en wethouders hebben deze vraag
gesteld aan zichzelf aan aan het E.T.I. Het spijt spreker, dat het E.T.I.
nog geen volledig rapport heeft uitgebracht. Hij zegt de raad toe op
spoedige inzending van het rapport aan te dringen. Overigens moet men
op de natuurlijke werfkracht van Breda blijven vertrouwen. Spreker meent
te moeten tegenspreken, dat de industrie N.V. ondanks het vele werk, dat
is verricht, nog maar weinig resultaat heeft geboekt. De industrie N.V.
werkt pas één jaar en reeds zijn vele goede contacten gelegd. Men staat op
het punt meerdere industrieën aan te trekken. Ook in W.E.B.-verband
leeft deze problematiek. De W.E.B. is een instelling, welke het vertrouwen
van de gemeente mag en kan hebben. Daardoor is het mogelijk dat niet
altijd verschillende geluiden vanuit de Westbrabantse gemeenten door
klinken naar Den Haag of Den Bosch. In onderling vertrouwen worden
de functies van grote steden en kleine gemeenten gecoördineerd. Ook de
vier directeuren der grote gemeenten hebben een nuttig contact over de
vraag langs welke weg een verdere industrialisatie op gang kan komen.
Evenwel wil de W.E.B. nog niet in de openbaarheid treden. Er zullen uit
die hoek in het komende jaar nog wel constructieve dingen aan het licht
komen.
De heer Vis heeft nog gesproken over de equipage van het culturele
leven in deze stad. Het is begrijpelijk dat men met enige bezorgdheid
gadeslaat wat elders gebeurt.