4 NOVEMBER 1960 453 Er is uiteraard wel de restrictie aan, dat de panden aan de eisen van wel stand in de bepaalde wijken moeten voldoen. In de uitbreidingsplannen is op het ogenblik mogelijkheid tot zelfbouw aanwezig. De heer MELZER vestigt de aandacht erop, dat als van gemeentewege wordt onderhandeld met particulieren het niet moet zijn van: „Bist du nicht willig, dan brauch ich Gewalt". Wethouder VERMEULEN verzoekt de heer Melzer in voorkomende gevallen met bewijzen bij hem of het college van burgemeester en wethou ders te komen. Hierna wordt de begroting van het grondbedrijf vastgesteld. Beplantingen. De heer QUADEKKER zegt, dat zijn fractie bewondering heeft voor de dienst van beplantingen. Zelfs afgelopen slechte zomer heeft de dienst kans gezien om de parken en plantsoenen een behoorlijk aanzien te doen geven. Mevrouw DE BONTE zegt: Evenals in het Centraal Rapport reeds gedaan werd, wil ook ik een woord van lof uitspreken over het werk van de dienst van beplantingen. Ondanks het feit, dat het weer in de afgelo pen zomer niet erg meewerkte, zagen de plantsoenen en parken er steeds verzorgd en smaakvol uit. De keuze van bloemen en de combinaties van kleuren waren steeds voortreffelijk. In vergelijking met vele andere steden ziet onze stad er bijzonder goed verzorgd uit. De bloembakken, alhoewel niet door iedereen gewaardeerd, vormen in de stad toch een aardige ver siering. Vooral de nieuwe, die beter van vorm zijn, doen het bijzonder goed. Wel zou ik willen aandringen op het aanbrengen van grote vaste bakken op b.v. het Dr. Struyckenplein, dat zo ruim is, dat er nog genoeg parkeerruimte over blijft. Verder zal getracht moeten worden de nieuwe, vaak nog kil aandoende wijken, zo vlug mogelijk van beplantingen te voorzien. Daar de dienst van beplantingen zich in de steeds uitbreidende stad voor een steeds grotere taak gesteld ziet, is het begrijpelijk, dat niet altijd met de gewenste spoed een en ander gerealiseerd kan worden. Dit zal ook wel de reden zijn, waarom men in bepaalde, vorige winter klaar gekomen wijken, pas laat in de zomer met groenvoorziening begon. Wellicht kan na gereed koming van het Blauwe Keiplan eens wat aan boombeplanting worden gedacht. Een straat als b.v. het Groene Woud zou daardoor een minder uniforme aanblik krijgen. Hoe mooi gazons en plantsoenen overigens ook mogen zijn, enkele bomen zo hier en daar breken de strakheid van de aangelegde parken en gazons en hebben een aparte bekoring. Het Brabant park moge hier een voorbeeld van zijn. Algemeen gesteld, zullen er altijd nog wensen blijven en speelt het verschil in smaak een grote rol, maar ik meen toch veilig te mogen stellen, dat we over de beplantingen in onze stad, en hierbij spreek ik ook de mening van mijn fractie uit, zeer tevreden kunnen zijn. De heer MENDES zegt, dat in het antwoord op het Centraal Rapport gesproken is van horizontaal en verticaal groen. De groenstroken langs de trottoirs zijn bijzonder lastig voor de bewoners. Deze mensen betreden de gazons en overtreden mitsdien de algemene politieverordening. De politie ziet het wel, maar doet alsof ze niets ziet. Spreker verzoekt burge meester en wethouders te overwegen in de wijken, waar voldoende groen is, de groenstroken langs de trottoirs te doen opruimen. Voorts zeggen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1960 | | pagina 453