462 4 NOVEMBER 1960 U uit ervaring mededelen, dat dit wel terdege bij het publiek, in dit geval de automobilisten, een preventieve werking heeft. Het is verheugend te mogen vernemen, dat in slechts 20 gevallen meisjes door jongens en in een enkel geval een vrouw door mannen werd lastig gevallen. Als je zo het oor hier en daar te luisteren legt, zou dit aantal veel hoger moeten liggen. Dezer dagen werd ik geconfronteerd met het onderstaande geval: Op zaterdag 29 oktober tussen elf en half twaalf 's avonds is in de omgeving van de St. Ignatiusstraat een meisje door een man aangerand en van haar fiets getrokken. Dit meisje heeft bij haar thuiskomst direct de politie opgebeld; ze had een tamelijk goed signalement van de aanrander en wilde dat de aanwezige wachtcommandant op het politiebureau door geven. Maar plotseling brak genoemde wachtcommandant het gesprek af omdat hij iets anders te doen had. Daarna is weer de politie opgebeld en zij kreeg toen te horen, dat ze maandag 31 oktober maar bij de recherche moest komen om dit geval nader uit te leggen. Van zaterdag avond tot maandagochtend was de betrokken aanrander wel verdwenen. Dit vind ik toch een gang van zaken die niet juist is; het ware beter geweest om per mobilifoon de politiewagens in te schakelen om te pro beren deze man nog te vinden. Op deze wijze wil ik wel geloven dat men aan het getal 20 kan komen. Prettig is het te vernemen dat thans het oude diaconessenhuis wordt bewaakt, al ware het m.i. beter geweest dit te doen voordat alle kranen e.d. gestolen waren. Toch sprekende over het diaconessenhuis zou ik uw aandacht en dat van de politie willen verzoeken voor het feit dat er vrij geregeld individuen aan de achterkant van het zusterhuis sluipen met minder goede bedoelingen. En als dan na waarschuwing de politieauto komt, komt deze met zoveel sirenegeloei aan gestoven dat de betrokken personen voldoende gewaar schuwd zijn en op deze wijze nimmer gevonden kunnen worden. Met genoegen wordt dezerzijds vernomen dat de commissaris van politie periodiek, zij het op informele wijze, overleg met de besturen van de politie-vakorganisaties pleegt, en goede nota genomen van het feit, dat verschillende agenten op vrijwillige basis enige kennis van vreemde talen bezitten, waardoor het mogelijk wordt in de meest voorkomende talen toeristen die onze stad bezoeken van dienst te zijn. We gaan op deze wijze de goede kant uit. Reeds eerder heb ik in dit betoog gezegd, dat het mij voorkomt dat onder leiding van de nieuwe commissaris een nieuwe geest in ons politiekorps komt, wat zeer toe te juichen is. Uit uw uitlatingen, mijnheer de voorzitter, bij de algemene beschouwingen, heb ik menen te mogen concluderen, dat er strengere maatregelen genomen zullen worden in verband met de verkeers-onveiligheid in onze stad, ik geloof dat hiervoor alle aanleiding is; het is in het verleden wel gebleken, dat het op andere wijze niet mogelijk is het publiek meer verkeersfatsoen bij te brengen en ik hoop dan ook van harte dat de komende maatregelen er toe mogen bijdragen dat het aantal ongelukken op elk terrein gaat afnemen. Het gaat er om mensenlevens te redden en daarvoor zijn geen moeite en kosten te groot. Ook dit jaar wil ik dan weer gaarne de hoop uitspreken, dat het jaar 1961 een veiliger jaar mag worden, zowel in onze stad als in het gehele land. De heer RATTINK gaat akkoord met het antwoord op de vraag inzake het bezit van taaldiploma's. waaruit dus blijkt dat getracht wordt op basis van vrijwilligheid belangstelling te wekken. Spreker zou het op prijs stellen als de in vrije tijd opgebrachte energie zo mogelijk in de vorm van gratificatie wordt gewaardeerd.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1960 | | pagina 462