4 NOVEMBER 1960 487
cultuurbeoefening. De andere partij zou dan verdwenen zijn. Bij die andere
partij zijn mensen die niet bevredigd zijn door amateuristische kunstbeoefe
ning. Men moet het aanvaarden en daarom zijn er subsidies in twee rich
tingen, n.l. de volkscultuur en de exclusieve. Dit zal wel altijd zo blijven.
Wethouder BASTIAANSEN staat afwijzend tegenover het aan de raad
doen overlegggen van financiële gegevens van de verenigingen. De sport
stichting is juist in het leven geroepen om een deel van de taak van de
raad over te nemen; juist om allerlei detailkwesties door dit instituut
te doen behandelen. Men moet dit werk niet over gaan doen. Het is
trouwens altijd vervelend voor de betrokkenen om met dergelijke gegevens
op tafel te moeten komen. Men verstrekt deze liever aan vertrouwensper
sonen.
Spreker wijst er nogmaals op dat de hockeyverenigingen geen entrees
kunnen heffen. Zouden zij dit toch doen dan worden zij uit de bond gezet.
In dat geval is de club ten dode opgeschreven, want men moet toch met
andere clubs in concurrentie kunnen treden.
De samenstelling van de sportstichting is door de raad zelf geregeld;
men moet dus nu niet zeggen dat de raad te weinig invloed heeft.
De heer A. C. Bastiaansen heeft spreker wellicht verkeerd begrepen.
Hoe dan ook, spreker is niet van mening dat de cultuur altijd en overal
van bovenaf moet komen. Dit kost in elk geval veel geld en verhoudings
gewijs veel meer dan op lager niveau.
De heer VAN WERKHOOVEN is tegenstander van een glijdend
subsidie. Hij wijst bovendien op de vervlakking van het muziekleven, nu
zo zelden meer andere orkesten onze steden bezoeken. Hetzelfde moet
gezegd worden van het Zuidelijk Toneel. Ook daarbij is er weer een
glijdend subsidie. In de memorie van toelichting staat een storende type
fout. Het bedrag van 0,02 per inwoner moet zijn 0,20.
Volgnr. 582b.
Er is al meermalen toegezegd dat een overzicht van de verdeling van
het subsidie voor culturele doeleinden zal worden verstrekt. Voor het
seizoen 1958/1959 is dit nog niet geschied. Hij zal het zeer op prijs stellen
als het overzicht alsnog wordt verstrekt.
Volgnr. 590.
Spreker acht het subsidie voor de Beijerd veel te hoog. Voor de oorlog
werd er niets voor cultuur uitgegeven en nu alles. Spreker vindt dit een
geldverslindend instituut. Tijdens de excursie naar Sittard bleek dat de
schouwburg daar er met een bijdrage van 170.000,per jaar kan komen.
Het povere cultureel centrum heeft 145.000,per jaar nodig. Al is het
moeilijk om met Sittard te vergelijken, in deze vergelijking valt het cultureel
centrum wel wat uit de toon. Tenslotte protesteert spreker tegen het
verhuren van zalen voor het houden van politieke vergaderingen en
lezingen. Op deze wijze komt men in concurrentie met de Horecazaken.
De heer KROON herinnert aan hetgeen reeds in de vergadering van
14 september j.l. over de subsidiëring van het Zuidelijk Toneel is gezegd.
Hij heeft toen tegengestemd. Dienovereenkomstig wenst hij nu aantekening
tegen volgnr. 582 te hebben gestemd.
De heren Minderhoud en Melzer wensen eveneens aanteke
ning dat zij tegen deze begrotingspost hebben gestemd.
Volgnr. 580a.
De heer MENDES wacht met belangstelling het door burgemeester en