-3- qo De heer Mol is van mening, dat de stand wordt gemaakt door "Breda 1961". De secretaris repliceert met de mededeling, dat dit slechts voor één jaar is. De volgende jaren komen voor risico van de huurders. De heer v.d.Zwan heeft een Amerikaan gesproken, die hem vertelde dat de bowlingsport in Amerika grote opgang maakt. In San Francisco zijn reeds bioscopen omgebouw tot "bowling-halls". Hij heeft goede verwachtingen van dit experiment. De heer Melzer meent in het college van burgemeester en wethouders een tegenstrijdigheid beluisterd te hebben. Burgemeester en wethouders hebben destijds gezegd dat de bouw van kegelbanen in de sporthal geen exploita tielasten mede zouden brengen. De secretaris zegt thans, dat dit wel het geval is. De heer Hulskramer zegt na de toelichting wel wat voor het plan te gaan voelen. De heer Van Caulil vraagt welk gedeelte van de hall er café wordt en welk gedeelte benut wordt voor de bowling-sport. De heer Van den Heden vraagt waarin de Amerikaanse investering van 1-5- miljoen bestaat. De heer Kroon zegt dat er naar zijn mening rustig verder gegaan kan worden met de onderhandelingen. Wethouder Bastiaansen zegt dat de mogelijkheid van aanleg van kegelbanen in de sporthal nog onderzocht zal moeten worden. De secretaris antwoordt op de vraag van de heer Van Caulil dat het grootste gedeelte van de hal kegelbanen zullen worden en dat er wellicht ook nog ge legenheid zal zijn een biertje of een glaasje limonade te drinken. Aan de heer Van den Eeden wil hij mededelen dat de investering van li- miljoen gulden geschiedt voor het gebouw en de installatie van dit gebouw. De voorzitter concludeert dat de raad instemt met het plan en dat burge meester en wethouders rustig kunnen voortborduren of kegelen. Hierna sluit hij om 22.05^s?- de besloten vergadering. De secretaris^ D$ ^voorzitter.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1960 | | pagina 611