10
11 JANUARI 1961
bleken, dat, hoewel nog geen prijs kon worden genoemd, velen in principe
voor de verwerving van een eigen woning voelen. Nu wij inmiddels in
zicht hebben gekregen in de nieuwe voorschriften zullen deze gegadigden
binnenkort bijeen worden geroepen teneinde hun een nadere uiteenzetting te
geven van de mogelijkheden en de van gemeentewege te verlenen facili
teiten bij de financiering van de koopsom.
Ik wil thans gaarne enkele woorden wijden aan de heer Ir. Gooden, direc
teur openbare werken, die de gemeentedienst per 1 april 1961 gaat ver
laten.
De betekenis van zijn persoon voor de stad Breda en het verlies van zijn
heengaan komt eerst goed tot zijn recht wanneer wij ons wel bewust zijn
van het hemelsbreed verschil dat er bestaat tussen woningbouw en stede-
bouw.
Woningbouw is de bouw van woningen.
Stedebouw is heel wat anders en heel wat omvangrijker.
Stede betekent hier niet stad, maar in het algemeen plaats- ruimte als
b.v. in stad- of stede-houder plaats-beheerder, waarin een veelheid en veel
soortigheid van natuur- en kunstelementen worden onderscheiden als daar
zijn waterwegen, straten, pleinen, parken, kerken, scholen, industrieën, win
kels, sportterreinen, tuinderij en agrarische gronden, bossen etc., die een
zinvolle, harmonische naar schoonheid en maat ruimtelijke geleding verlan
gen, een geleding waarbij bovendien de eigen genus loei b.v. het histori
sche, bestuurlijke, het stedelijke of hoofdstedelijke karakter van de plaats
geaccentueerd dient te worden. De term bouw in stede-bouw is eveneens
in ruime zin te nemen op dezelfde wijze als land-bouw. Daar betekent
bouw cultuvering, ontwikkeling, vervolmaking. Stedebouw is dus vervolma
king van de ruimte in de breedste betekenis van het woord. Zo'n stedebou
wer was ir. Gooden, gedurende zijn 10-jarige ambtsvervulling hier.
Een man van visie en van overtuiging, die zonodig tegenspel wist te
leveren, een uitstekend teamleider was voor zijn naaste medewerkers.
Hij laat ons een prachtige nieuwe woon- en werkstad achter, die het
beste bewijs levert voor zijn superieure kwaliteiten. Wij betreuren zijn
heengaan ten zeerste en zullen zijn persoonlijkheid in de ambtelijke wereld
van stad en streek ten zeerste missen. Vanaf deze plaats zij hem nu reeds
onze welgemeende dank gezegd.
Wat de dienst beplanting betreft:
De abnormale droge periode van april 1959 t/m juli 1960 is niet zonder
schade aan de beplantingen van de stad voorbij gegaan.
Enkele duizenden heesters en tientallen bomen moesten vervangen wor
den.
De overmatige regen en de zachte temperaturen in de tweede helft van het
afgelopen jaar hebben ook veel werk veroorzaakt, door overmatige groei
van gras en onkruiden.
Door interne reorganisatie en een verder doorvoeren van de mechani
satie is het gelukt, zonder personeelsuitbreiding, deze werkzaamheden en
ook het meerdere werk dat de uitbreiding van de stad met zich brengt op
te vangen.
De kosten over het afgelopen jaar bedragen per jaar/per inwoner 5,79
of wel 0.57 per m2.
Een geringe stijging van kosten ten opzichte van 1959, die, gezien de
algemene tendens van verhoging van loon- en prijsniveau zeer verklaarbaar
is.
Van de onder leiding en gedeeltelijk door de dienst van beplanting aan
gelegde sportvelden kon in 1960 het Baroniecomplex worden vrijgegeven.
Van het complex aan de Poolseweg werden reeds twee velden ingezaaid
en één terrein zaaiklaar gemaakt door volgens G.S.W.R. tewerkgestelden.
Gehoopt wordt in 1961 te starten met een complex terreinen aan de Wil
lem van Oranjelaan,