12 TULI 1961 185 Haagpoortbrug de noodzakelijke werkzaamheden zouden worden uitge voerd. Wethouder VERMEULEN antwoordt, dat hij geen concrete toezeg gingen kan doen in deze kwestie. Wel heeft spreker in de afdeling ge zegd, dat als de brug over de Tramsingel klaar is, bezien zal worden of de Haagpoortbrug onder handen kan worden genomen. Hij zou gaarne de beoordeling hiervan willen overlaten aan de technische mensen, die het precies weten. De raad besluit overeenkomstig dit voorstel. 10. Medewerking art. 50 Klcuterondervvijswet. 11. Medewerking art. 72 L.O.-wet 1920. 12. Voorschot art. 101 L.O.-wet 1920. 13. Inventarisaanschaffing Gem. Technische School. De raad besluit overeenkomstig deze voorstellen. 14. a. en b. Subsidiëring jeugdwerk en subsidieregeling gesalarieerde jeugdleiding. De heer HULSKRAMER zegt, dat hij natuurlijk akkoord is met het voorstel van burgemeester en wethouders. Er is nu eindelijk een jeugd- adviesraad gekomen. Dit is wel een felicitatie waard. De raad is een zeer uitgebreid college, waarin alle takken van sport en jeugdvorming zijn vertegenwoordigd. Het blijkt, dat de raad reeds aan het werk is. Hij wenst de wethouder veel succes met dit werk en hoopt, dat de raad op de hoogte zal worden gehouden van de werkzaamheden van de jeugdadviesraad. Spreker zou gaarne weten, waarom de sub 2 en 9 ge noemde personen in de raad zijn opgenomen. Bij alle anderen staat de kwaliteit er bij, doch bij dezen niet. De heer VIS zegt, dat beide voorstellen een gevolg zijn van het voorstel van juli 1960. In het eerste voorstel zeggen burgemeester en wethouders dat zij van oordeel zijn, dat het aanbeveling verdient de in 1960 vastgestelde subsidieregeling met tenminste een jaar te verlengen. De subsidieregeling is pas van kracht geworden eind 1960 begin 1961. Wat wordt nu precies bedoeld met dat ene jaar? Wanneer begint dit? Tevens wordt voorgesteld aan burgemeester en wethouders te delegeren de post „algemene jeugddoeleinden". Spreker kan hiermede wel akkoord gaan, maar zou van de wethouder willen vernemen, wat dit inhoudt. Hij neemt voorts aan, dat deze besluiten van burgemeester en wethouders zullen genomen worden in overleg met de jeugdadviesraad. In het 2e voorstel stellen burgemeester en wethouders voor een sub sidieregeling voor gesalarieerde jeugdleiding vast te stellen. Bij alle pro blemen waarmede de jeugd worstelt, is de leiding van de jeugd wel het belangrijkst. Spreker neemt aan dat het bedrag ad f 10.000,voor het jaar 1962 geheel wordt benut. Voor andere jaren is een verhoogde post nodig. Deze verhoging is alleszins verantwoord. Spreker wil daar voor geen verlaging van andere posten. Spreker vindt de gehele ont wikkeling bijzonder belangrijk. Overigens heeft hij nog enige kritische opmerkingen. Hij zou gaarne de redactie van het ontwerp-besluit wij zigen. Punt 1 dient zo te worden gelezen, dat aan elk der daarin genoemde

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1961 | | pagina 185