12 TULI 1961 189 gedekt voelen, daar klaarblijkelijk het bedrijfsleven de idee van het stichten van een congres- en tentoonstellingshal de moeite waard acht om het te steunen. Onze dank daarvoor, speciaal omdat hier ware burgerzin de drijfveer is. Wij gaan nu allerlei financiële verplichtingen aan om dit tot stand te brengen. Is dit de moeite waard? Is een congres- en tentoonstellings hal als in uw preadvies bedoeld noodzakelijk voor een stad als Breda? Ik zou dat namens onze gehele fractie met klem bevestigend willen beantwoorden. Breda is een mooie stad, een goede woon- en leefstad. Dat horen wij vreemdelingen graag zeggen. En wij beamen dat allemaal doch het moet mij van het hart dat aan de schoonheid van de stad veel afbreuk wordt gedaan door de verspreiding van vuil, dat niet in de vuilnisbakken wordt gestopt en ook door de naast de vuilnisbakken gedeponeerde vuilnispak- ken. Breda pretendeert een centrumpositie in West-Brabant in te nemen en als Benelux-stad buitengewoon gunstig te liggen. Dit is ook juist, doch zijn wij voldoende geaccommodeerd om deze gunstige ligging zo goed mogelijk uit te buiten? Naar onze mening onvoldoende. Er zijn nog diverse zaken in Breda op dit terrein op te lossen, zoals een nieuwe schouwburg, meer bioscopen, kortom meer mogelijkheden tot uitgaan om deze stad qua accommodatie op het peil te brengen waarop zij door haar ligging en centrumpositie verplicht is zich te brengen. Als uw college nu eerst met dit voorstel komt en dus voorrang ver leent aan een congres- en tentoonstellingshal dan moet daarvoor een goede reden aanwezig zijn. Uw nota van 3 juni j.l. zegt ergens terecht dat zowel Nederland als het buitenland graag in Breda vertoeft, doch wanneer het gaat om het houden van grote bijeenkomsten, gaan deze Breda voorbij omdat wij daarvoor geen ruimte hebben. Zo heeft Breda al meermalen verstek moeten laten gaan als het aan vragen kreeg van grote congressen of zakelijke tentoonstellingen. Deze evenementen zouden voor onze stad ten eerste de nodige econo mische voordelen meebrengen, zoals logies, diners etc. en op de tweede plaats de zo dringend gewenste levendigheid en gezelligheid tot gevolg hebben. Alhoewel dit preadvies ten doel heeft een project te entameren waarvan bij voorbaat niemand kan zeggen dat het zal slagen en er dus een be hoorlijk risico wordt gelopen, moet dit toch voor de bevolking van onze stad wel worden begrepen als een belang dat ons allen aangaat. Deze gedachte moet bij onze burgerij levend worden gemaakt en ik zou dus beroep op ieder van de hier aanwezigen willen doen om meer te werken aan het levend maken van deze idee bij de Bredase burgerij. Als de raad in zijn geheel achter dit voorstel mocht staan dan be tekent dit dat hij dit ziet als een groot belang voor de stad, wat het naar onze mening zeker is. Dat dit risico aanvaardbaar is moge wel blijken uit het feit dat diverse grote bedrijven gezamenlijk de helft van de garantie voor rente en af lossing van de door de N.V. „Het Turfschip" te sluiten lening op zich willen nemen. Bovendien blijkt dit uit de deelname als aandeelhouders van de Kamer van Koophandel en Fabrieken van West-Brabant. Onze fractie is dan ook gaarne bereid dit risico te aanvaarden en zal dan ook in haar geheel uw voorstel met enthousiasme steunen. Wij zeg gen uw college alle medewerking om uw doel te bereiken toe en wensen U Gods zegen toe. Tenslotte heb ik nog enkele opmerkingen en vragen waarop ik nog graag een geruststellend antwoord zou willen ontvangen. Ie. Over de plaats en de vormgeving van het project. Zal men bij

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1961 | | pagina 189