13 SEPTEMBER 1961 249 De heer VAN WERKHOOVEN vraagt of er belangen van de gemeente bij zijn betrokken om deze strook grond aan te kopen. Hij heeft aan de ter visie gelegde tekening niet kunnen zien hoe breed dit slob wordt. Bovendien vraagt spreker zich af, of er behoefte bestaat aan een wandelpad en of de burgers werkelijk hiervan gebruik zullen maken. Tenslotte is hij de mening toegedaan, dat een rijwielstalling van 47.500,'— voor deze bank veel te duur is. Spreker vraagt of burgemeester en wethouders niet bang zijn voor prijs opdrijving. Bovendien maakt deze transactie naar zijn mening geen deel uit van een uitbreidings- of saneringsplan van de gemeente. Wethouder VERMEULEN kan inderdaad zeer moeilijk zeggen dat de grondprijs bij deze transactie goedkoop is. Hij wil trachten de betekenis van dit verbindingsstraatje duidelijk te maken. De Markendaalseweg is een parkeerplaats en de gemeente heeft naar zijn mening te zorgen voor een zo kort mogelijke weg van deze parkeerplaats naar de binnenstad. Men kan van mening verschillen over de huidige afstand. Hij geeft toe, dat deze niet abnormaal is, maar van de andere kant moet men het parkerend publiek het zo prettig mogelijk proberen te maken. Er zijn echter ook nog andere gedachten bij burgemeester en wethouders, die wellicht niet van doorslaggevende betekenis worden genoemd. In dit gedeelte van het oude Breda tussen Nieuwstraat, Brugstraat en Karrestraat bestaat er een groot achterterrein. Burgemeester en wethouders spelen met de gedachte dit terrein voor het publiek open te stellen, doch zij kunnen uitsluitend met plannen komen en zijn verder op de initiatieven van parti culieren aangewezen. Indien zo gedacht wordt, dan zal dit straatje een andere betekenis kunnen krijgen. Verschillende raadsleden hebben opgemerkt, dat de grondprijs enorm duur is. Spreker merkt echter op, dat de gemeente zelf heeft gevraagd te kopen. De N.V. Van Mierlo wil deze grond om niet overdragen, doch verzoekt alleen de op deze strook staande rijwielberging te doen vervangen ten laste van de gemeente. Hoe groter de gemeente wordt des te groter zal de vraag worden naar grond in de binnenstad. Gezien deze ontwikkeling zal men later spijt krijgen dat men de transactie niet heeft door laten gaan. Dit soort besluiten moet gezien worden in het licht van de ontwikkeling in de toekomst. Tenslotte wijst spreker er op, dat aan beide wanden van de Marken daalseweg nog verschillende lelijke stukken zijn, waaraan nog wel het een of ander zal moeten gebeuren. De plaats waar deze doorbraak zal komen is een bijzonder lelijk stuk in een van deze wanden. De heer VAN HOUTEN is de wethouder dankbaar voor zijn heldere uiteenzetting en hij is van mening, dat dit voorstel te summier is gesteld. Indien burgemeester en wethouders een plan in deze omgeving in hun gedachten hebben, dan verzoekt spreker deze plannen op papier te zetten, zodat de raad deze kan bestuderen. Spreker blijft echter bezwaren houden tegen dit voorstel, omdat toch bij een grondtransactie een vergoeding tegen nieuwbouwwaarde van de opstallen wordt gegeven. De heer KROON is eveneens de wethouder dankbaar voor zijn toelich ting, doch dit had ook in het preadvies kunnen staan. De heer HULSKRAMER sluit zich bij de vorige sprekers aan. De heer VAN WERKHOOVEN is niet enthousiast over het antwoord van de wethouder. Hij vindt het overdreven wat de wethouder heeft gezegd over de opruiming van de lelijke wanden van de Markendaalseweg. Het

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1961 | | pagina 249