15 NOVEMBER 1961
299
11. Aansluiting noordelijke oost-westverbinding op geprojecteerde noor
delijke invalsweg.
Wethouder VERMEULEN zegt dat de leden een toelichting met
herziene kostenspecificatie hebben ontvangen voorzover de aansluiting
op het grondgebied van de gemeente ligt.
Alleen het bedrag onder b is juist zegt hij; de rest van de vermelde
bedragen zijn nog maar voorlopig aangenomen ramingen, waarop altijd
nog correcties mogelijk zijn.
De heer VAN CAULIL zegt dat de heer Vis in de vergadering van
de afdeling voor openbare werken gevraagd heeft of deze aansluiting
een spiegelbeeld zal worden van het viaduct bij Burgerveen.
Wethouder VERMEULEN antwoordt, dat de heer Vis reeds terecht
verondersteld had, dat dit viaduct een kopie is van dat bij Burgerveen.
Het gaat hier om een gelijkvloerse aansluiting op de rondweg. Er worden
voorzieningen getroffen, zodat er slechts één rijbaan overblijft en er
dus ook maar één verkeersstroom op de hoofdweg uitkomt. Het viaduct
bij Burgerveen is dus wel een spiegelbeeld van dit, behoudens de fouten,
die wij hersteld hebben.
Hierna wordt conform het voorstel besloten.
12. Vernieuwing bestrating, trottoirs en riolering in de St. Annastraat
en Molenstraat.
13. Bijdrage verwijderingskosten leidingen uit de Leegstraat.
14. Aanleg straatverlichting in Doornbos-Oost.
Overeenkomstig deze voorstellen wordt besloten.
15. Het aanbrengen van beplanting rondom bezinkput van N.V. Cen
trale Suiker Maatschappij.
Mevrouw VAN MIERLO is dankbaar, dat over dit voorstel de com
missie van beplantingen, zij het dan dat deze niet voltallig was, is
gehoord. Zij is nog eens ter plaatse gaan kijken, doch zij vindt het
niet nodig zo'n groot financieel offer te brengen. Met de plaatsing van
een ligusterhaag zou volgens haar kunnen worden volstaan.
Wethouder VERMEULEN kan weinig nieuws over deze zaak zeggen.
Hij is ook ter plaatse gaan kijken en zegt, dat het niet gaat om de ca
mouflage van een buis, maar van een put. Nu is er ter plaatse nog een
watervlakte doch straks zal dat anders zijn. Er zullen droogvallende
plaatsen ontstaan en op deze eilandjes gaat onkruid groeien. Ook de
strook grond tussen de put en de dijk kan men niet tot een wildernis
laten worden. Deze strook grond, alsmede de eilandjes, die straks on
getwijfeld zullen ontslaan, zullen door de aan te brengen beplantingen
worden gecamoufleerd. Met een ligusterhaag, zo voegt hij er aan toe,
wordt de put niet gecamoufleerd.
Mevrouw VAN MIERLO vindt het jammer dat het Brabantse land
schap door bomen aan het gezicht onttrokken wordt.
Wethouder VERMEULEN zegt, dat het landschap op meerdere
plaatsen juist door bomen ondersteund wordt.