rcj V. V/AW.-.n Vtn 18 JANUARI 1962 143 of wil medewerken, de deuren wijd open te zetten tot gezamenlijk overleg. Wethouder VERMEULEN zegt, dat mevrouw Van Mierlo reeds zelf beperkingen heeft genoemd, waaraan de gemeente is gebonden. Vorig jaar heeft de gemeente 123 woningen gesloopt. Dus eigenlijk al meer, dan in verband met de toewijzing al toelaatbaar is. Spreker vraagt mevrouw Van Mierlo zich in dit bouwbeleid niet te veel voor te stellen van de mogelijkheden, die thans worden gegeven. Voor bouwplannen van en tot 10.000,— kunnen burgemeester en wethouders vergunningen afgeven. Daarboven geschiedt dit door de hoogdingenieur-directeur in 's-Hertogenbosch; waarbij het lopende jaar minder mogelijkheden voor burgemeester en wethouders zal geven, dan het afgelopen jaar. De door mevrouw Van Mierlo bedoelde systeembouw staat los van deze methode. Er wordt naar gestreefd 145 woningen in dit systeem te laten vallen en indien dit lukt zal de gemeente hiervan 25% extra toewijzing krijgen. Om voor de toeslag volgens de ministriële circulaire in aanmerking te komen mag men niet met al te modieuze woningen komen. Deze woningen moeten betrekkelijk klein zijn. Voor deze kleine woningen is men bereid een reductie op de huur te verlenen van 2,per week. Mevrouw VAN MIERLO adviseert aan burgemeester en wethouders de woningen met arbeidsbesparing eens te bekijken. Hierna wordt de begroting van het Woningbedrijf B vastgesteld. Mevrouw VAN MIERLO vraagt hierna nog even het woord te mogen voeren over volgnummer 200 van de algemene dienst. De VOORZITTER staat haar dit toe. Mevrouw VAN MIERLO zegt, dat er bij de gemeente woningen zijn, die in een zeer slechte staat van onderhoud verkeren. Zij vraagt zich af of de gemeente niet het voorbeeld moet geven voor een goed onder houd. Doch ook de gemeente doet er niets aan, met als excuses, dat deze woningen toch binnen afzienbare tijd moeten worden afgebroken. Recent was er een klacht van een bewoner van een gemeentewoning, waar het water van de muren druipt en waar het werkelijk onmenswaardig was om er te wonen. Wethouder VERMEULEN zegt, dat het kan voorkomen, dat de gemeente dergelijke woningen in haar bezit heeft. Bij aankoop zijn ze in een dergelijke staat, dat er met de beste wil van de wereld niets aan gedaan kan worden, want in krotten kan nu eenmaal niet een groot kapitaal worden geïnvesteerd. De gemeente is echter gedwongen de bewoners nog even in een dergelijke woning te laten huizen, omdat meestal voor deze mensen de huren gauw te hoog zijn. Er moet dus een passende woning met een passende huur worden gevonden. Een particuliere eigenaar heeft meer machtsmiddelen, dan de gemeente. Hij vraagt aan de rechter na onbewoonbaarverklaring uitzetting en de gemeente moet dan voor woonruimte zorgen. Mevrouw VAN MIERLO merkt op, dat de toestand voor deze gezin nen, zoals er nog ettelijke zijn, erger wordt als de ouders/niet over een goede gezondheid beschikken. i/_, s

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1962 | | pagina 143