19 JANUARI 1962 177 gen alle aandacht is geschonken, maar door het aanhouden van de curve- prijs moest op de oude opzet worden teruggevallen. Spreker merkt overi gens op, dat het juister zou zijn geweest als men hem op de hoogte had gesteld als het contact niet tot de gewenste resultaten leidde. Het is in elk geval niet de opzet geweest de adviezen van de commissie niet op te volgen. Wat betreft de reservering van l°/o voor artistieke objecten hoopt spre ker dat de middelen om tot realisering te komen ook inderdaad beschik baar zullen komen. Mevrouw DE BONTE dankt voor de nadere toelichting van de wet houder. Zij betreurt het dat men met eventuele klachten niet eerder bij de wethouder is gekomen. VOLGNR. 264 De heer VAN DUIJL heeft kennis genomen van de mededeling dat een nieuwe plaats voor de kermis in onderzoek is. Hij zal nog gaarne vernemen of de raad dienaangaande te zijner tijd nog nadere medede lingen zullen bereiken. VOLGNR. 163 De heer NIEUWLAAT vraagt andermaal aandacht voor de berekening van baatbelasting bij hoekpercelen. Hoe meer men over de daaruit voort vloeiende consequenties nadenkt des te scherper voelt men de onbillijk heid van deze belasting. Er moge inderdaad sprake zijn van enige baat, in de praktijk is deze veelal niet te realiseren. Spreker maakt er op attent, dat in het gehele land voor de hoekpercelen een gematigd tarief geldt. Als voorbeeld noemt spreker de plaatsen Zaandam, Tilburg, Den Bosch en Eindhoven. Spreker citeert uit de memorie van antwoord de volgende passage: Voor het geval hoekpercelen gelegen zijn aan twee of meer wegen waarop deze belasting van toepassing is, wordt voor elke weg een tot gereduceerd tarief geheven (artikel 3 der verordening). Een gereduceerd tarief voor hoekpercelen, die niet met de voorgevels doch anderszins belenden aan een weg waarop deze belasting van toe passing is, wordt aangetroffen in baatbelastingverordeningen voor lande lijk gebied. Ten aanzien van de baat bij aanleg van wegen zal in het stedelijk gebied ten opzichte van het landelijk gebied niet dezelfde maatstaf kunnen gelden. Het komt hier op neer dat burgemeester en wethouders zeggen: er is toch een gematigd tarief. Naar sprekers mening sorteert dit echter geen enkel effect. Spreker wil als voorbeeld de hoekpercelen van de Valkenierslaan noemen. Profiteren deze van het gematigd tarief? Spreker meent van niet, omdat de Valkenierslaan zelf niet aan baatbelasting is onderworpen. Het gereduceerde tarief geldt hier niet; er is zelfs sprake van een averechtse werking ten aanzien van de hoekpercelen die slechts aan een weg zijn gelegen, waarvan baatbelasting wordt ge heven. Stel bijvoorbeeld een lengte van 26 meter en een frontbreedte van 6 meter. In totaal 32 meter, zodat het gereduceerde tarief leidt tot een heffing naar deel is 24 meter. Spreker wil met dit voorbeeld nog eens benadrukken hoe onbillijk de baatbelasting voor deze hoekpanden werkt. Overigens levert de gehele baatbelasting de gemeente geen gou den eieren op. Met een opbrengst van 17.000,per jaar is het zelfs de vraag of de perceptiekosten nog wel goed gemaakt worden. Mevrouw VAN MIERLO kan de heer Nieuwlaat in zijn betoog zeer

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1962 | | pagina 177