253
21 maart 1962.
huidige plaats paraat.
VRAAG.
De heer SPANJER zegt, dat de helling van de rijwieltunnel aan
de Terheijdenseweg erg steil is. Hij vraagt of dit tijdelijk is of dat
de helling zo blijft. In het laatste geval zou hij toch zeer gaarne
zien dat er maatregelen genomen zouden worden.
ANTWOORD.
Het tracé en de helling van het rijwiel- en voetpad vanaf de
Terheijdenstraatnaarde onderdoorgang onder de spoorbaan is slechts
tijdelijk. Verwacht mag worden dat over enkele maanden de defi
nitieve situatie gereed zal komen.
VRAAG.
De heer VAN DUIJL heeft geconstateerd dat de helling aan de
Terheijdenseweg bij gladheid zeer gevaarlijk is. Hij vraagt om in
de nabijheid een zandkist te plaatsen, zodat bij gladheid direct kan
worden gestrooid.
ANTWOORD.
Er is opdracht gegeven tot het plaatsen van een kist bij despoor-
wegtunnel. De kist is inmiddels aangebracht.
VRAAG.
De heer VAN DUIJL zegt, dat het Hooghout verbinding heeft
met de Marterring. Er ontbreekt daar evenwel een trottoir; men is
verplicht op de rijweg te lopen. Dit is zeer gevaarlijk bij het uit
gaan van de scholen. Hij verzoekt daar een trottoir aan te leggen.
ANTWOORD.
Zowel langs de gehele west-en zuidzijde van de Lage Kant, die
ten dele de verbinding vormt tussen het Hooghout en de Marterring,
als langs de Marterring zijn trottoirs aangelegd.
Overeenkomstig het uitbreidingsplan Brabantpark B 1960 is het ge
bied ten oosten van de Lage Kant aangelegd als groenstrook, waar
in geen trottoirs zijn opgenomen. De in deze omgeving aangelegde
trottoirs zijn ruimschoots voldoende te achten voor het voetgangers
verkeer ter plaatse.
VRAAG.
De heer ZIJTREGTOP vestigt de aandacht op de benzine-stations
nabij de Driesprong. Van het bij het kruispunt dichtstbijzijnd gelegen
benzine-station komen vaak grote vrachtwagens de weg opgereden,
die dan, als zij de richting Oosterhout of naar het centrum moeten