21 maart 1962.
258
De door de heer Van der Zwan gedane suggestie is op zich niet
onverdienstelijk. In de nota is gesteld.dat de houders van muntgas
meters v66r 1 juli a.s. een andere meter kunnen aanvragen. Doet
men deze keuze vrijwillig, dan is het college bereid om vanaf 1 juli
a.s. het normale metertarief te rekenen, ook al is de meter na die
datum nog niet verwisseld. Spreker meent, dat door deze houding
voldoende gedemonstreerd wordt, dat er bij het college het nodige
begrip aanwezig is voor de positie van de houders van muntgasmeters.
Aan de heer Van Werkhooven antwoordt de wethouder, dat in de
nota niet over gezinsreducties gesproken wordt, omdat erop dit stuk
geen wijzigingen zijn met betrekking tot de oude regeling.
Er is nu duidelijk afgesproken, dat de mogelijkheid om muntgas
te betrekken aanwezig blijft. Het aantal muntgasmeters moet echter
gestabiliseerd worden. Voor een rigoureuze vermindering behoeft
men niet bang te zijn.
De vraag van de heer Hulskramer is hem ontgaan zegt spreker en
hij zal deze in tweede instantie nog graag vernemen.
De heer VAN DER ZWAN is de wethouder erkentelijk voor diens
toezeggingen, dat de verbruikers van minder dan 300 m3 met de
nodige souplesse behandeld zullen worden en dat de mogelijkheid
van beroep op het college van burgemeester en wethouders zal wor
den geopend.
In verband met de gedane toezeggingen deelt hij mede, dat zijn
fractie zich kan verenigen met de overschakeling van muntmeters
op gewone meters per 1 juli a. s.
Mevrouw VAN MIERLO deelt mede ook erg gelukkig te zijn met
de gedane toezeggingen. Geen opheldering heeft zij gekregen over
de controverse in de vermeldingen op de pagina's 3 en 4 van de no
ta ten aanzien van muntgasprijzen.
De heer VAN DUUL is ook dankbaar voor de door de wethouder
gedane toezeggingen. Verder wijst hij nog op de opmerking, die
mevrouw Van Mierlo in tweede instantie reeds gemaakt heeft.
De heer HULSKRAMER zegt onder punt 4 der nota te missen een
bepaling hoeveel men minimaal moet gebruiken om voor vastrecht
in aanmerking te komen.
Wethouder VAN BOXTEL zegt als antwoord op de vraag van de
heer Hulskramer, dat er geen wijziging is gekomen in de regeling
met betrekking tot het vastrecht en dat daarom een bepaling als
door hem bedoeld in de nota ontbreekt. Voor wat de opmerking van
mevrouw Van Mierlo betreft zegt spreker niet te geloven in een te
genspraak tussen het gestelde op de pagina's 3 en 4 met betrekking
tot muntgasmeters. Dit zou misschien het geval zijn als er alleen
maar vaste kosten dus overheadskosten zouden zijn. Muntgasmeters
brengen echter ook nog uit anderen hoofde kosten met zich mede,
zoals bijvoorbeeld het gebruik van knopen als munten, de meters
moeten in eigen bedrijf gerepareerd worden, zijn zeer bewerkelijk
voor de administratie en wat dies meer zij. Er is dus niet alleen