262
21 maart 1962.
oordeel te vormen.
De praktische situatie is niet zo zwart als door de nota en het
betoog van de wethouder naar voren is gebracht. De oude tegenstel
ling voor wat de opleidingen betreft gaat verdwijnen. In de sollici
tatie formulieren staat de vraag, welke opleiding er genoten werd
Fröbel of Montessori. Deze vraag is door diverse kleuterleidsters niet
meer te beantwoorden. De situatie moet volgens spreker nauwlet
tend worden gadegeslagen. Misschien, zegt hij, wil de wethouder
zich ten deze eerst eens nader oriënteren. Dit zou in ieder geval
van belang zijn voor een vruchtbare discussie over deze materie.
Mevrouw VAN MIERLO vraagt of de leidsters, die hun opleiding
genoten hebben aan de door de heer Rattink genoemde scholen te
Dordrecht, Leiden en Middelburg volledige bevoegdheid hebben.
Wethouder BASTIAENSEN antwoordt bevestigend op de vraag van
mevrouw Van Mierlo.
Ten aanzien van de goede raad van de heer Vis om zich nog
eens nader te oriënteren zegt spreker, dat hij zich blijvend oriën
teert. Bij de beoordeling van deze aangelegenheid moet het colle
ge zich houden aan de voorlichting, die het van deskundigen heeft
gehad.
Voor wat de opleiding betreft, meent de wethouder te moeten
zeggen, dat de sprekers uit de raadhem niet goed hebben begrepen.
Hij neeft duidelijk gezegd, dat de kleuterleidsters, die van de op
leidingsschool komen het kenmerk van die school dragen. De in-
spectrice van het kleuteronderwijs deelt deze mening volledig.
Hij is gaarne bereid zich beschikbaar te stellen voor een gesprek
met de heer Rattink en een derde, indien deze van mening is, dat
er iemand gevonden kan worden die een nieuw licht op deze zaak
kan doen schijnen.
Al bij al is de wethouder van mening.dat de nota duidelijk weer
geeft de theoretische opleidingen, de soorten scholen en dat niet
alle kleuterleidsters aan de bestaande scholen thuis horen. Als er
een vacature ontstaat, dan zal er gezocht moeten worden naar een
leidster, die voor wat haar opleiding betreft aangepast is aan onze
scholen.
De heer RATTINK stelt uitdrukkelijk het hiermede niet eens te
zijn en wenst aantekening tegen de nota te hebben gestemd.
De heer VIS wenst deze aantekening eveneens. Hij is het beslist
niet eens met de mededeling van de wethouder, ook al steunt deze
daarbij op de mening van de inspectrice, dat de leidster, die een
moderne opleiding neeft genoten, toch het stempel van Fröbel of
Montessori met zich meedraagt.
Anderzijds heeft spreker met erkentelijkheid de toezegging van
de wethouder vernomen om hierover nog een gesprek te willen voe
ren. Hij is gaarne bereid dit gesprek voor te bereiden.
Nadat ook mevrouw De Bonte en de heer Renooij te kennen heb
ben gegeven, dat zij geacht willen worden tegen de nota te hebben
gestemd, wordt overeenkomstig de nota besloten.
10. VERZOEK AAN DE KROON HET AANTAL KLEUTERS VOOR DE
TE STICHTEN KLEUTERSCHOOL AAN DE MIDDELLAAN VAST
TE STELLEN OP 20.