327
13 JUNI 1962.
7. VERVALLEN.
8. VASTSTELLING UITBREIDINGSPLAN "PRINCENH AGE-NOORD
1962".
9a. VOORLOPIGE GOEDKEURING ONTEIGENINGSPLAN "PRINCEN-
HAGE-NOORD 1962".
9b. VASTSTELLING ONTEIGENINGSPLAN "DE KROGTEN 1961".
Overeenkomstig deze voorstellen wordt besloten.
10. VERLAGING KREDIET GROND- EN BOUWVOORSCHOTTEN
COMPLEX 80 WONINGEN HOGE VUCHT I.
De heer HULSKRAMER vindt het prettig een voorstel van bur
gemeester en wethouders voor zich te hebben, waaruit blijkt dat
het mogelijk is een krediet voor woningbouw te verlagen. Hij vraagt
aan burgemeester en wethouders wat de oorzaak voor deze verla
ging is. Het krediet is toch door de raad verleend waarbij is uit
gegaan van de aannemingssom. Spreker zou gaarne vernemen of
er in de bouw bezuinigingen zijn opgenomen of zal er een ander
type woning worden gebouwd.
Wethouder VERMEULEN antwoordt dat er iets in de woningen
is gewijzigd hetgeen men kan zien aan de huurprijzen. Spreker
zegt dat het heel normaal is dat de toetsing van de Hoofd-Inge-
nieur-Directeur aan de curve-prijs, die bij het gemeentebestuur
niet bekend is, kan leiden tot kleine wijzigingen in het bouwplan.
Dit is ook in dit geval geschied. Deze woningen liggen thans,
wat de hoogte van de huurprijs betreft, zeer goed en zijn bijzon
der gewild door de woningzoekenden.
De VOORZITTER merkt nog op dat een verlaging met38.000,-
van een krediet van 1.450.000, - nooit veel wijziging in het
bouwplan kan geven.
Hierna wordt overeenkomstig het voorstel besloten.
11. TOEKENNING BOUW-EN GROND VOORSCHOTTEN R.K. BOUW
VERENIGING "ST. LAURENTIUS."
De heer BROEDERS deelt mede, dat hij het voorstel met vol
doening heeft ontvangen. In de vorige raadsvergadering werd een
voorstel tot de bouw van 150 woningen aangehouden omdat geen
oedkeuring op dit plan kon worden verkregen. Overeenkomstig
e toezegging van burgemeester en wethouders is er thans reeds
een voorstel voor de bouw van woningen met een lage huur, waar
aan in de gemeente Breda de grootste behoefte bestaat. Spreker
vraagt om de bouw van dit complex zo snel mogelijk te laten be
ginnen. Hij merkt echter op dat zowel het huidige als het voorstel
van vorige maand toch nog vragen oproepen. Allereerst wil hij
verklaren dat het niet zijn bedoeling is om van burgemeester en