-33-
17 JANUARI 1962.
De heer MOL wenst burgemeester en wethouders geluk mede
namens zijn fractie met grootse plan wat thans aan de raad wordt
voorgelegd. Nog geen drie jaren geleden werd door de raad een
aanloopkrediet verleend en thans wordt het resultaat van veel werk
reeds aan de raad voorgelegd. Het project voldoet aan de hoogste
eisen en deze sporthal zal een belangrijke bijdrage leveren op het
gebied van de sportaccommodatie in de gemeente Breda.
De heer HULSKRAMER dankt mede namens zijn fractie burge
meester en wethouders voor het voorstel. Hij dankt tevens allen, die
aan het project hebben medegewerkt. Spreker noemt het een stap
in de goede richting in verband met het gebrek aan sportaccommo
datie in de gemeente. Uit de overgelegde exploitatie-begroting is
hem gebleken dat de huren dusdanig zijn geraamd, dat zij door
de verenigingen zijn op te brengen.
Spreker vraagt alle besturen van sportverenigingen uit te nodi
gen het plan gezamenlijk door te nemen. Bovendien vraagt hij of
het mogelijk is de maquette een plaats te geven in een etalage
van een winkel in de binnenstad opdat ook het publiek van de plan
nen kennis zal kunnen nemen.
De heerMINDERHOUD is burgemeester en wethouders erkente
lijk voor het voorstel. Spreker hoopt dat de realisering van dit plan
het gebrek aan ruimte voor de binnensport zal lenigen.
De heer MELZER drukt ook zijn vreugde uit met het plan. Hij
is echter van mening dat de vreugde het grootst zal zijn bij de
verenigingen.
Wethouder BASTIAENSEN zegt dat de plannen besteks-gereed
zijn. Hij hoopt dat de hogere instanties hun medewerking zullen
verlenen opdat een spoedige realisatie mogelijk zal zijn.
Hij dankt de raad voor de zeer prettige reacties op dit voorstel
van burgemeester en wethouders. Doch Hij wenst ook de afdeling
sport ter secretarie en de dienst van openbare werken in deze dank
te betrekkenwant deze ambtenaren hebben het mogelijk gemaakt
dat het plan thans reeds besteksklaar is door hun deskundige en snelle
arbeid.
Hij gelooft dat het zeer moeilijk zal zijn op de suggestie van de
heer Hulskramer om met alle verenigingen de plannen nog eens
door te praten, in te gaan. Wel, zo zegt spreker, zijn de plannen
in de gemeentelijke sportstichting bestudeerd en is er met haar
wensen zoveel als doenlijk rekening gehouden.
De andere suggestie van de heer Hulskramer vindt hij echter een
goede gedachte. Wellicht weet de wethouder van openbare wer
ken een goede plaats voor de maquette.
Hierna wordt overeenkomstig het voorstel besloten.
24. W UZ IGIN GST AT UT EN GEMEENTELIJKE SPORTSTICHTING.
De heer VAN HOUTEN is burgemeester en wethouders erkente
lijk voor de wijze waarop aan zijn verlangens in deze kwestie is