345
13 JUNI 1962.
Wethouder MEIJS heeft alle begrip voor de opmerkingen van de
heer Van Bijnen. De regularisaties moeten vóór 30 juni door de raad
worden vastgesteld. Hij heeft dit met de betrokken afdeling bespro
ken. Deze afdeling heeft al het mogelijke gedaan de stukken tijdig
gereed te krijgen en dit is dankzij alle mogelijke moeite gelukt.
Wellicht zou er iets voor te zeggen zijn de raadsvergadering van
juni in het vervolg later in de maand te houden, waardoor de be
trokken afdeling meer gelegenheid krijgt de regularisaties tijdig
gereed te krijgen en de tijd overblijft de financiële commissie de
regularisaties te laten bekijken. Spreker is ervan overtuigd dat het
personeel alles gedaan heeft om de regularisaties nog voor deze
raad klaar te krijgen.
De heer VAN BIJNEN heeft veel begrip voor de moeilijkheden
van de ambtenaren bij het gereedmaken van de regularisaties en
hij heeft van de wethouder begrepen dat de stukken volgend jaar
door de financiële commissie kunnen worden bekeken.
Wethouder MEIJS zegt hier inderdaad geen bezwaar tegen te
hebben.
Hierna wordt overeenkomstig het voorstel besloten,
33. OVERBRENGING NIET GOEDGEKEURDE KREDIETEN EN RES
TANT KREDIETEN NAAR 1962.
34. KASGELDLENINGEN 3e KWARTAAL 1962.
Overeenkomstig deze voorstellen wordt besloten.
35. AANKOOP VERHUUR EN VERBETERING GEBOUW •"CONCORDIA".
De heer VAN BIJNEN deelt mede, dat zijn fractie achter het
voorstel van burgemeester en wethouders staat. Hij noemt het een
verstandige oplossing voor Breda. Met dit voorstel kunnen moeilijk
heden in de toekomst, bij de exploitatie van de nieuwe schouwburg
voorkomen worden.
Spreker heeft nog een opmerking. Er wordt voorgesteld een be
drag van 300.000,= te voteren voor het treffen van voorzieningen
met name de vernieuwing van verwarming en theater-stoelen. Hij
heeft vernomen dat op dit bedrag 88?000,- zou kunnen worden
bespaard. Gaarne zou hij hierover nadere inlichtingen ontvangen.
De vereniging "Concordia" zal de zaak nog 2 jaar runnen. Hij
spreekt de hoop uit dat gedurende deze 2 jaren alle burgers van
Breda van vrije voorstellingen kunnen genieten.
Tenslotte vraagt hij nu reeds de man aan te trekken, die straks
de nieuwe schouwburg zal moeten leiden.
De heer MENDES sluit zich aan bij de woorden door de heer Van
Bijnen gesproken en brengt hulde aan het bestuur en de leden van
de vereniging "Concordia" voor het wijze besluit genomen in het
belang van de cultuurbevordering in deze gemeente. Het gebouw
is voor de gemeente Breda van enorm belang geweest maar werd