435
19 SEPTEMBER 1962.
Spreker wil de heer Vis op zijn vraag om de technische- en ste-
debouwkundige facetten nog te bekijken antwoorden dat hij gaarne
de toezegging doet een en ander ter tafel te brengen. De geplande
bouw van het centrum moet immers worden gezien in totaal met
de bouw van het gemeentehuis en de schouwburg.
Op de gestelde vraag inzake de grote van de hotelaccommodatie
in Breda kan hij antwoorden dat deze 1325 bedden omvat. In ver
gelijking met de andere plaatsen in Brabant een hoog getal. In dit
opzicht behoeven we voor een groot aantal congressisten niet bang
te zijn. Hij heeft overigens het idee dat ondernemingsgezinde lie
den nog bereid zijn de accommodatie uit te breiden indien dit no
dig zou zijn.
De heer Vis heeft nog gezegd als zou de voorbereiding tot het
voorstel erg kort zijn geweest. Deze tijd was inderdaad kort, maar
het college meende dat het komen met een voorstel niet langer
mocht worden uitgesteld. Daarbij bleken de fracties bereid op kor
te termijn aan de hand van de cijfers het voorstel te bestuderen.
De heer Kroon heeft in eerste instantie zijn aarzeling inzake
de gegeven cijfers reeds geuit. Spreker kan zeggen dat deze cijfers
deels zijn ontleend aan het rapport Bakkenist en anderzijds, uit dit
rapport zijn afgeleid. Het cijfer wat Bakkenist bijvoorbeeld geeft
voor vakbeurzen e.d. ligt hoger dan het cijfer dat door het colle
ge is opgenomen. Het college komt tot 21 dagen; waarbij gedacht
is aan districtbeurzen voor landbouw, automobielen, campings,
elektronische artikelen e. d.Op dit punt is nog veel te onderne
men.
Over het houden van congressen kan spreker zeggen dat hun
aantal in Breda altijd erg hoog is geweest, volgens de cijfers hem
door de V.V. V. verstrekt ongeveer 50 per jaar. Nu hollen de cij
fers terug tot ongeveer 35. Dit vindt hierin zijn oorzaak dat Breda
niets heeft te bieden; de heer Melzer heeft reeds gememoreerd dat
sinds 1881, toen men voor die tijd zeer vooruitstrevend was, er
inderdaad niets meer op het gebied van zalenbouw is gebeurd.
Spreker heeft niet de illusie de heer Kroon te hebben over
tuigd dat de cijfers toch wel reëel zijn. Dat ze niet dogmatisch
zijn moet worden aangenomen. Na uitvoerig met vakmensen te
hebben gesproken zijn zij zo nauwkeurig mogelijk opgezet.
Uit hetgeen hij van de heer Melzer heeft beluisterd meent hij
te mogen opmaken dat deze nog mikt op congressen met groter
allure, met name op die waarbij vertaalinstallaties nodig zijn.
Naar sprekers mening hoort zo'n installatie wel thuis in de Haag-
sche hal, hier zijn de kosten van zo'n installatie te hoog, afge
zien van de kosten van personeel.
Het college vindt dergelijke congressen te hoog gegrepen. Een
dergelijk congreswezen wordt voor Breda nog niet gezien.
Er wordt niet gestreefd naar bijeenkomsten waarbij deze apparatuur
een onmisbaar element vormt.
Wethouder BASTIAENSEN wil bij de heer Kroon een ongerust
heid wegnemen als zou naast de congresruimte een muziekhal ko
men. Het is zo dat in de congresruimte nu ook muziekuitvoeringen