19 SEPTEMBER 1962.
436
kunnen plaats vinden.
De heer KROON wil nog opmerken dat Bakkenist wel minder
tentoonstellingsdagen heeft geprojecteerd, maar hier staat tegen
over dat geraamd is dat deze tentoonstellingen 180.000, - gaan
opbrengen. Hij is van mening dat bepaalde zaken, met name ten
toonstellingen, te optimistisch zijn bezien.
Zijn fractie is er echter van overtuigd dat Breda behoefte heeft
aan de voorgestelde accommodatie. Een congreshal annex muziek -
hal spreekt ons aan. Zijn fractie zal zeker niet tegen het voorstel
stemmen.
De VOORZITTER begrijpt uit het gezegde door de heer Kroon
dat deze een eventueel tekort van meer dan 80.000, - ook zal
fiatteren. Hij hoopt echter dat commissarissen en directie van het
Turfschip daar geen kans toe geven.
De heer MELZER wil nog even terugkomen op de door hem ter
sprake gebrachte vertaalinstallatie. Zo'n installatie levert voor de
exploitatie geen onoverkomelijk bezwaar op.
Door hem is voor bijeenkomsten waar de installatie nodig is,
niet direct gedacht aan grote bijeenkomsten, maar bijvoorbeeld
die van 600 k 700 personen van bijvoorbeeld scheikundigen, lit-
terairen e. d.Nederlanders denken gauw dat alle buitenlanders
talenknobbels hebben als zij.
De VOORZITTER wil een en ander in de raad van commissaris
sen bespreken. Zoals hij reeds heeft opgemerkt lijkt het hem zeer
duur, vooral aan personeel.
De heer MELZER zegt dat dat gehuurd kan worden.
Mevrouw VAN MIERLO merkt op dat destijds in Breda een con
gres is gehouden waarbij met zo'n apparatuur is gewerkt. Een in
stallatie is dus zeker te huur.
De VOORZITTER zegt dat de heer Melzer een vaste installatie
heeft bedoeld.
De heer VAN DER WERFF vraagt of, nu onder het nieuwe poli
tiebureau een beschermingskelder wordt gebouwd, dit onder het
centrum ook zal gebeuren.
De VOORZITTER zegt dat hier beslist niet in is voorzien. Bij
de bouw van het nieuwe stadhuis, dat op een steenworp afstand van
het Turfschip komt te liggen, zal er zeker aan gedacht worden.
De heer KOERTSHUIS zegt dat in de hal regelmatig muziekuit
voeringen zullen worden gegeven. Hij vraagt of het mogelijk is
een gelegenheid te scheppen om ook buiten muziekuitvoeringen te
geven.
De VOORZITTER antwoordt dat deze suggestie de moeite van