44
17 JANUARI 1962
verlenende sectoren. Wij moeten de mogelijkheden daarvoor scheppen en
acquisitie verrichten ook voor deze werkgelegenheid scheppende bedrijven
en diensten. Ook moet uw college activiteiten ontplooien op het gebied
van het verkrijgen van overheidsdiensten wanneer tot decentralisatie wordt
overgegaan. Wij moeten ons uiterste best doen accommodatie voor dergelijke
overheidsdiensten in petto te hebben, zodat we op het juiste moment ja
kunnen zeggen.
Met groot genoegen lees ik heden dat de Postcheque- en girodienst zich
met zijn coderingsdienst in Breda wil vestigen.
Burgemeester en wethouders zullen hun best moeten doen om deze
instelling zo goed mogelijk te huisvesten, daar als een schaap goed over
de dam is de rest wel zal volgen. De dam waarover ze heen moeten zal
echter prima moeten zijn, omdat nog vele andere gemeenten op vestiging
van dergelijke diensten zitten te springen.
Bij het zoeken naar industrieën en diensten moet onze activiteit erop
gericht zijn, zodanige bedrijven en diensten aan te trekken, welke hoge
lonen kunnen betalen. Deze zullen de Bredase en gewestelijke beroeps
bevolking ervan weerhouden naar de randstad Holland of Den Bosch
of Eindhoven te pendelen, of wat nog erger is, zich daar blijvend te
vestigen.
Blijkens het meergenoemde E.T.I.-rapport is uitbreiding van de bestaande
industrieën, vestiging van nieuwe industrieën, bevordering van de vestiging
van diensten verlenende bedrijven en overheidsdiensten voor onze stad
dringende noodzaak, zodat onze activiteit daarop primair gericht moet zijn.
Wellicht is het dan mogelijk hiervoor de nodige financiën voor ons te
verkrijgen uit de in artikel 10, 2e lid, bedoelde verfijning van het schaal-
bedrag.
ACCOMMODATIE IN ONZE STAD
Als deze uitbreiding van de industrie wil slagen kan de stad zich echter
niet beperken tot uitbreiding daarvan alleen. Zij zal de infra-structuur
zodanig moeten aanpassen dat de reeds aantrekkelijke woonstad nog
aantrekkelijker wordt, speciaal als industrie-stad. Mogelijkheden van onder
wijs, cultuur, sport, recreatie, medische verzorging en bejaardenzorg,
dienen te worden uitgebreid en dit niet uitsluitend voor de verzorging
van de stad Breda. Evenzeer is dit nodig voor de gehele streek in de
omgeving van Breda. Gemeenten als Oosterhout, Gilze-Rijen, Dongen.
Etten-Leur, Zevenbergen en andere breiden zich uit en zijn voor wat hun
culturele, medische en onderwijs-behoeften betreft, toch minstens voor een
aanmerkelijk deel op Breda aangewezen. Van de gemeenten Teteringen,
Nieuw-Ginneken en Prinsenbeek kan men wel stellen dat zij geheel op
de stad Breda zijn aangewezen.
Deze omstandigheden nu zijn oorzaak dat de zorgen van Breda niet
beperkt blijven tot de voorzieningen voor de burgers van Breda, doch
zich ook moeten uitstrekken over die van de burgers van de omliggende
gemeenten.
Dit stempelt onze gemeente dus duidelijk tot een verzorgingscentrum,
op grond waarvan een beroep kan worden gedaan op de zgn. verfijning
van het schaalbedrag ex artikel 10, 2e lid, van de Financiële verhoudings
wet 1960.
Als ik nu alleen nog maar in dit verband de investeringsnota bezie,
dan valt me op, dat uw college er de voorkeur aan geeft eerst het nieuw
gemeentehuis te realiseren en eerst over 6 jaar een aanvang te maken met
de realisatie van de nieuwe schouwburg.
Het is verre van mij te beweren dat een nieuw stadhuis niet dringend
nodig is. Ik heb alle begrip voor uw standpunt, doch ik vraag me af:
