476 17 OKTOBER 1962. De heer VAN CAULIL zegt dat door de dienst een proef ge nomen wordt met een bepaalde wijk. Doch ook de inwoners van een bepaalde wijk ondergaan deze proef. Spreker is van oordeel dat de inwoners van de wijk bij het gratis beschikbaarstellen van de tweede emmer anders d. w. z. gunstiger zullen reageren op het plan, dan indien zou blijken dat de tweede emmer geld zal gaan kosten. Hij zou de grote gezinnen duidelijk willen maken dat zij in de toekomst wellicht 72, - voor vier vuilnisemmers zullen moeten gaan betalen. Hij veronderstelt dat de uitslag van de enquête dan anders was komen te liggen. Spreker blijft erbij, dat het noodzakelijk is tot de een of an dere verdeelsleutel te komen waarbij zij, die meer lasten moe ten dragen ook de financiële voordelen zullen verwerven. Mevrouw KRENS vraagt of er geen besparing mogelijk is op het aantal huisvuilophaalwagens. Kan uit deze besparing niet de aanschaf van de tweede vuilnisemmer bekostigd worden De heer QUADEKKER verzoekt in het doorhem geciteerde ge- deelte van het voorstel van burgemeester en wethouders de woor den "voor het publiek is het van belang" weg te laten. De me dedeling van wethouder Meijs dat bij feestdagen de emmer één dag voor- of na de feestdag zal worden geledigd, vindt hij zeer prettig. De heer KROON heeft van de wethouder gehoord dat het in voeren van deze maatregel slechts veroorzaakt wordt door het gebrek aan personeel. Leest men nu de laatste zin van de derde alinea van onder op de eerste bladzijde van het voorstel van bur gemeester en wethouders dan staat daarin dat de voorgestelde maatregelen niet worden toegepast bij flats en bovenwoningen, die niet over een geëigende bergruimte beschikken. Hier zal dus wel tweemaal per week moeten worden opgehaald. De wagens zullen dus toch moeten rijden. Spreker vraagt of burgemeester en wethouders deze moeilijkheid overwogen hebben en hoe zij dit probleem op zullen lossen. De heer MELZER deelt mede, dat hij het met de dames eens is. In Breda is bovendien in de algemene politie-verordening een bepaling opgenomen, waarbij het buiten laten staan van vuilnis emmers slechts gedurende een beperkte tijd is toegestaan. Het zal bij de invoering van de nieuwe methode niet mogelijk zijn aan deze bepaling te voldoen. Hij vraagt deze bepaling van de algemene politie-verordening soepeler te maken. De heer LOUS merkt op dat in Doornbos, waar de proef is ge nomen, overwegend kleine gezinnen wonen, die niet zo'n be zwaar tegen het eenmaal per week ophalen zullen hebben. Spreker vindt de enquête derhalve niet maatgevend. De heer MENDES merkt op, dat wethouder Meijs gezegd heeft: "als de proef slaagt". Spreker zou gaarne vernemen wat hiermede

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1962 | | pagina 476