12 DECEMBER 1962.
582
Dat deze vragen door kleine fracties werden gesteld ontheft U
ook niet van Uw verantwoordelijkheid.
Een andere kwestie betreft de voortijdige perspublikaties onder
verantwoordelijkheid van Uw college. U dient zich wel te beden
ken dat het voor een raadslid een bijzonder onaangename situatie
is wanneer hij wordt benaderd door een stadgenoot, (e) die, ge
alarmeerd door een persbericht over voorgestelde tariefsverhogin
gen, van het raadslid gaarne nadere inlichtingen wenst en tot ant
woord krijgt "mijnheer/mevrouw, het spijt me, ik weet van niets".
Mijnheer de voorzitter, ik hoop dat U ons in de toekomst dezeche-
mise-positie wilt besparen. Ik zou me zo voor kunnen stellen dat
ook Uw college het niet zou waarderen met voortijdige publikaties,
omtrent Uw beleid, geconfronteerd te worden. Wat gij niet wilt
dat U geschied, doe dat ook een ander niet.
BEGROTING.
Bij Uw keuze voor een sluitende begrotingsopzet is het inder
daad noodzakelijk met de eigen prognose te werken, het gebrek
aan duidelijke gegevens t. a.v. de uitkeringen uit het gemeente
fonds noopt tot deze werkwijze. In iedere prognose zit natuurlijk
een belangrijke risico-factor, gezien Uw toelichting in Uw ant
woord op het Centraal Rapport lijkt het risico mij aanvaardbaar.
Wat de sector kapitaalslasten betreft, voor zover die betrekking
hebben op de niet geldelijk rendabele investeringen dient het ge
plande volume gehandhaafd te worden, mede gezien de achter
stand op velerlei gebied.
Het is duidelijk dat de voorfinanciering ten behoeve van de aan
leg van Kunstwerken in de Zuidelijke rondweg van invloed is op
het investeringsplan voor 1963, het is te betreuren dat de hieruit
voortvloeiende rentelast niet voor verrekening in aanmerking
komt.
Bij de raming voor de overige uitgaven, waarbij U streeft naar
een redelijk verantwoord voorzieningspeil, speelt uiteraard het
subsidiebeleid een grote rol.
Hoewel in dit beleid wat meer tekening is gekomen, gelet op
de voorstellen inzake jeugd-,jeugdsportsubsidie en t.a.v. Brabants
Orkest, Zuidelijk Toneel en Conservatorium ben ik toch van me
ning dat aan verschillende belangrijke subsidies nog wel wat ge
stroomlijnd kan worden.
Wanneer ik dan enige belangrijke subsidieposten onder de loupe
neem kom ik tot de volgende vragen resp. opmerkingen.
Het vragen van een bescheiden leesgeld voor ontspanningslectuur
door de leeszalen lijkt me alleszins redelijk. Acht U het juist dat
bij de muziekschool onderricht wordt voortgezet aan leerlingen die
blijk geven geen of weinig aanleg te bezitten
Wat meer samenwerking tussen de kruisverenigingen t. a. v. ex
ploitatie van gebouwen en praktische hulp zou tot belangrijke kos
tenbesparingen kunnen leiden.
Wat denkt U van wat meer coördinatie bij de hulpverlening aan
bejaarden.
Wellicht ware het nuttig indien Uw college Uw visie t. a.v. het sub-
