631
13 DECEMBER 1962.
van de kruisverenigingen. Spreker heeft slechts een vraag willen
stellen in de richting van een uiteraard vrijwillige coördinatie op
praktisch gebied en dit gezien op wat langere termijn.
Het was toch niet zo'n vreemde vraag wanneer we kunnen vast
stellen dat op het hoogste niveau gestreefd wordt naar herstel van
eenheid.
Onze zogenaamde welvaartsstaat kent helaas nog noden op
velerlei gebied. Terwille van een goede zaak mag de wethouder
wat spreker betreft, en dat met 100 °}o sympathie, de meevaller
der verhoogde invaliditeitsuitkeringen bij de sociale dienst houden.
Spreker betuigt gaarne adhesie aan het compliment voor het werk
van de burgerlijke instelling voor maatschappelijke zorg.
Voorde gedane mededelingen met betrekking tot de rijkswerk
plaats is spreker zeer erkentelijk.
Met wethouder Vermeulen acht spreker ook voor de kleine
bouwers continuïteit een belangrijke aangelegenheid. Het doet
hem daarom bijzonder genoegen dat de wethouder deze onder
nemingen zoveel mogelijk aan de gang wil houden.
Dit is ook van belang voor de prijsvorming. Bij stilstand moeten
zij hun staf in dienst houden en dit drukt natuurlijk opeenvolgend
bouwwerk.
Spreker dankt de wethouder gaarne in het openbaar voor de
uitvoerige wijze waarop de in de afdeling voor openbare werken
gestelde vragen steeds worden beantwoord.
Wanneer wethouder Van Bijnen sprekers algemene beschouwingen
nog eens doorleest dan zal hij wel tot de conclusie komen dat er
zijnerzijds geen kritiek wordt uitgeoefend ten aanzien van de aan
leg van sportterreinen en gymnastieklokalen. Inderdaad zijn de
sportbonden onder aanvoering van de K.N.V. B. tegenwoordig
nogal veeleisend. Maar wanneer er sportvelden ter beschikking
zijn, laat er dan a.u.b. op sporten door scholen en jeugdbeweging.
Wat Wolfslaar betreft hoopt spreker dat de gemeente spoedig
kan overstappen van lijn 3 op lijn 1. Dat spreher de wethouder
daarna op de schaats hoopt aan te treffen zal wel duidelijk zijn.
Een broedende kip moet men niet storen; spreker wacht dus
het resultaat af van het beraad terzake van de organisatiepro
blemen. Spreker kan zich echter wel voorstellen dat niet alleen
bij particuliere bedrijven bedrijfsblindheid optreedt.
De heer Broeders wil spreker er nog op wijzen dat de voor
zitter van de raad curator is van de K. M. A.. Gelet op de wetend-
schappelijke uitbouw waarnaar de K.M.A. tendeert mogen wij
naar sprekers mening wel spreken van "Breda Universiteitsstad".
Deze uitbreiding heeft natuurlijk ook weer zijn effect op de vraag
naar woonruimte.
Behalve de K.M.A. zijn er in Breda nog verschillende andere
militaire scholen; zeer vele personeelsleden van deze instituten
zijn woningzoekend en aangewezen op een weekend-huwelijk
met alle nare problemen hieraan verbonden.
Spreker vraagt zich af of voor deze categorie niet een extra
contingent te bedingen ware.
De toezegging van de heer Broeders dat per nota slechts door
één lid van zijn fractie het woord gevoerd zal worden vindt spreker
