18 JANUARI 1962 79 ïgen In 1960, het eerste volledige jaar van haar bestaan, is door de Industrie N.V. gezorgd voor 205 nieuwe arbeidsplaatsen in nieuw van elders aan ;omt getrokken industrieën, die dus nieuw moesten bouwen èn in industrieën, het die hier waren gevestigd en door middel van nieuwbouw moesten uit dere breiden. elijk De voorzitter vervolgt: De Industrie N.V. in de wandeling de BRIM genoemd heeft geen bemoeienis met uitbreiding van arbeids wat plaatsen in bestaande industrieën, die niet nieuw bouwen, doch gronden huis van de gemeente nodig hebben. Dit proces voltrekt zich intern binnen de industrieën zelf. Het E.T.I. vermeldt ten deze in zijn laatste rapport die het getal van 600 nieuwe arbeidsplaatsen. erne In 1961 is door de BRIM gezorgd voor aantrekking van industrieën neel. met ten minste 300 nieuwe arbeidsplaatsen. Dit is een zeer voorzichtige men optelling. Het is niet onverantwoord dit aantal op 425 te stellen, doch age- om de gedachte aan reclame uit te sluiten blijve 300 als zeer voorzichtige )los- schatting gesteld. In 1961, het tweede jaar van het bestaan van de BRIM, is dus het en door het E.T.I. gestelde aantal reeds gehaald. de Nu moet men voor 2 dingen oppassen: voe- Het eerste is, dat men alleen niet naar aantrekking van spectaculaire daar grroof-industrieën moet streven. Het belang daarvan wordt niet ontkend, ïiten vooral niet omdat groot-industrieën veelal kleinere nevenbedrijven aan trekken. Doch Breda heeft van oudsher meer werknemers gekend in de in gezamenlijke kleinere bedrijven dan in de grotere boven de 100 werk aan nemers. Dit proces gaat nog steeds door. Er is ook in 1960 en in 1961 icht. meer industrieterrein aan nieuwe klein-industrieën verkocht dan aan nieuwe niet groot-industrieën. erd. Het tweede is, dat men na twee jaar werken niet mag kijken naar euw wat er reeds verrezen en aan het werk is, doch dat men moet zien wat eker bouwensgereed is en op rijksgoedkeuring wacht. Als men bijv. weet, ken, dat het 2J/£ ha. grote klein-industrieterrein aan de Valkenierslaan geheel ouw is verkocht op een klein stukje na, doch dat er nog geen enkele bouw eide gereed is, dan is het niet verwonderlijk, dat ook de grotere bouwwerken in de Krogten slechts langzaam uit de grond komen. de Op het ogenblik liggen er vanuit Breda voor 3,4 miljoen aanvragen om rijksgoedkeuring in Den Haag. rden De voorzitter acht het niet nodig nog eens te herhalen wat er in het oor- afgelopen jaar aan rijksgoedkeuringen is afgekomen, omdat hij daarvan eefd reeds een opsomming heeft gegeven in zijn nieuwjaarsrede. noet Een ander ding, zo vervolgt de voorzitter, is het feit, dat besprekingen |oed niet grotere industriële gegadigden zeer geruime tijd in beslag nemen. t in Het zou niet verstandig zijn namen te noemen, doch zo zijn bijv. de itter eerste besprekingen met twee grote buitenlandse bedrijven maanden erkt geleden ingezet. en Er zijn alle mogelijke inlichtingen gegeven en nog zijn er steeds con tacten. De kansen voor Breda liggen in beide gevallen niet ongunstig, strie doch men kan er van opaan dat in geen van beide gevallen een definitieve «J.V. beslissing vóór het midden van 1962 valt. Zo is in december jl. contact den. gelegd met een andere grote buitenlandse onderneming. Als dit iets wordt, i? dan wordt het juli voordat men in principe gereed is en dan dient nog en". over nadere voorwaarden te worden gesproken. de Men stampt deze dingen in de Bredase situatie niet uit de grond. Het is moeizaam en tijdrovend werk. Staat er eenmaal het nodige, dan de is ieder tevreden, doch zolang er niet gebouwd is denkt iedereen dat er niets is gebeurd. 350 De geschiedenis van de laatste twee jaar toont aan, dat er geen enkele reden is om pessimistisch te zijn. Dat de industrialisatie vroeger moeizaam

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1962 | | pagina 79