92
18 TANUARI 1962
voldeden. Het college heeft nu nog even de tijd om een goede directeur
te vinden.
De heren Van Bijnen, Van Houten en Quadekker hebben vervolgens
nog gesproken over recreatie-objecten. De wethouder antwoordt hierop,
dat de voorzitter al het een en ander gezegd heeft over het zgn. groen
plan. Verder vermeldt hij nog dat het college zich beraadt over de vraag
waar o.a. geschikte camping-terreinen zullen kunnen worden ingericht.
De rapporten ten deze worden nog afgewacht.
Ten aanzien van de bouw van een nieuwe muziekschool voegt hij nog
toe aan datgene wat wethouder Meijs hierover reeds gezegd heeft, dat het
voorbereidend krediet tot stichting van die school nog geen goedkeuring
van gedeputeerde staten heeft gekregen. Intussen wordt er gewerkt aan
de juridische vorm, waarin het bestuur der school zal moeten worden
gegoten, zulks in overleg met het tegenwoordige bestuur van de school.
De gedachten gaan uit naar een gemeentelijke stichting om te bereiken,
dat de gemeente voldoende invloed heeft en houdt. Ook aan de rechts
positie van het personeel wordt gedacht.
De heer Minderhoud heeft nog gevraagd, waarom het toch niet meer
mogelijk is de Mattheüs Passion uit te voeren door Bredase gezelschappen.
De wethouder spreekt het vermoeden uit, dat de heer Minderhoud enigs
zins naar de bekende weg vraagt en vervolgt, dat dit een probleem is,
dat met de nodige omzichtigheid dient te worden benaderd.
Tussen de verenigingen zijn moeilijkheden gerezen, die in het persoon
lijke vlak liggen.
Burgemeester en wethouders hebben dit probleem niet naast zich neer
gelegd, doch zij hebben via de culturele werkgemeenschap getracht de
ontstane moeilijkheden uit de weg te ruimen. Er bestaat nu een kans,
dat de moeilijkheden opgelost zijn en dat de Mattheüs Passion weer door
Bredase gezelschappen zal worden uitgevoerd.
Met bijzondere interesse heeft de wethouder de mededeling van de
heer Minderhoud beluisterd, dat het standpunt van zijn fractie zich voor
wat het subsidie-beleid betreft matig gewijzigd heeft. Vroeger was hij
steeds tegen een toename van het aantal gevallen, waarin subsidie werd
verleend.
Voor wat de subsidiëring van verenigingen in de culturele sector be
treft, is er momenteel een overleg gevonden tussen de vier grote ge
meenten om te komen tot een geheel nieuwe subsidie-regeling. Het stre
ven is erop gericht de provincie ten dezen een groter aandeel toe te
kennen. Wij kunnen echter slechts wensen kenbaar maken, doch kunnen
niet dwingend optreden ten opzichte van provinciale staten, aldus de
wethouder.
Door de fractie van de K.V.P. is aangekondigd een initiatief-voorstel
met betrekking tot de subsidiëring voor het jeugdwerk. Het college is er
nieuwsgierig naar, zegt spreker, al kan wel enigszins vermoed worden in
welke richting dit voorstel gaat. Het college zal het voorstel in ieder
geval graag bestuderen.
Spreker eindigt zijn beschouwingen met er op te wijzen dat de sector
onderwijs, kunst en sport veel geld kost en dat het wellicht in de toe
komst moeilijk zal worden, om alle sectoren voldoende aan hun trek
te laten komen. We kunnen niet verder springen dan onze stok lang is,
doch we moeten in ieder geval zo ver springen, als die stok lang is.
WETHOUDER VAN BOXTEL zegt, dat er niet veel aanleiding he
lstaat om op veel punten diep in te gaan. Hij heeft de indruk, dat er
meer onderwerpen zijn portefeuille betreffende niet behandeld dan
er besproken zijn.
In het bijzonder dankt de wethouder het secretariepersoneel voor het