113
13 MAART 1963.
bezwaar. Wel bestaat er bezwaar tegen, dat door deze gang van za
ken 300 mensen zullen worden uitgeschakeld, Als men in de komen
de jaren een nieuwbouwwoning wil bouwen of kopen zal men van de
ze ene firma afhankelijk zijn. Dat betekent, dat er geen concurren
tie meer aanwezig is en dat betekent ook, dat de kwaliteit van de
woningen maar afgewacht moet worden. Dat betekent ook, dat on
geveer 20 ondernemingen praktisch alleen maar bij onderhoudswerk
kunnen worden ingeschakeld.
De laatste tijd wordt nogal actie gevoerd om pendelaars te krij
gen voor Duitsland, ook te Breda, en hierdoor kunnen een hoop goede
vakmensen voor Breda verloren gaan.
Spreker heeft in het voorstel niet kunnen lezen, hoe groot het
percentage van de toeslag zal zijn. In de memorie van antwoord van
de Tweede Kamer wordt wel gesproken van een besparing van 30 °]o.
Hij heeft zich afgevraagd of dit te bereiken zal zijn. Bovendien ge
looft hij dat een besparing ook wel door de kleine ondernemers zou
kunnen worden bereikt.
Was het niet mogelijk geweest met de firma overeenstemming te
bereiken over inschakeling van de kleine ondernemers
De heer VIS zegt dat dit voorstel een uitvloeisel is van de minis
teriële circulaire van oktober 1962. Hij moet zeggen, dat hij het
bouwbeleid in Nederland bepaald geen succes vindt. De grote ver
dienste van het college van burgemeester en wethouders is altijd ge
weest, dat zij van de geringe mogelijkheden die geboden werden al
tijd een zo groot mogelijk gebruik wisten te maken. Ook dit voor
stel wil hij als zodanig zien. Ten aanzien van het slagen van het
bouwplan mogen we redelijke verwachtingen hebben als de nodige
medewerking wordt verleend. Ten aanzien van het landelijk beleid
merkte hij op, dat, als men meerjarige bouwplannen stimuleert men
ook meerjarige contingenten ter beschikking zou moeten stellen. Hij
is van mening, dat de bestrijding van de woningnood alleen meer
mogelijk is door de bouw van meer woningwetwoningen. In dit op
zicht zal men tot veranderingen moeten komen door hogere subsi
diëring van de woningwetbouw. De bouw met arbeidsbesparende me
thoden geeft hier veel voordelen boven de wijze waarop in Breda
steeds is gebouwd.
Het grote probleem is als de gemeente tot een meerjarig bouw
plan moet komen, dat de bouwcapaciteit niet volledig zal worden
benut. Vrij algemeen wordt aanvaard, dat te Breda 900 1.000 wo
ningen per jaar gebouwd moeten worden, wil er werkelijk iets ge
beuren. Dit bouwplan van 1659 woningen laat dus de mogelijkheid
voor de bouw van woningen in de vrije sector door een aantal bouw
ondernemingen in Breda, die in het verleden goed werk hebben ver
richt.
Het uitgaan van deze circulaire heeft deze zaak weer teveel cen
traal gericht. Spreker gelooft, dat een werkelijk succes slechts mo
gelijk is, als men landelijk zou kunnen komen tot een regionale
planning van de bouwcapaciteit. Als de gemeenten meer zeggen
schap zouden kunnen krijgen dan zou gezorgd kunnen worden dat ook
door de plaatselijke ondernemingen continubouw zou kunnen worden
verricht. Hij gelooft, dat besparing van kosten alleen maar te ver-