22 MEI 1963,
181
De heer BROEDERS wil ook allereerst de heer Van der Werff
dank zeggen dat hij de historische kennis van de raad heeft ver
rijkt.
Over de jumelage wil hij in het kort nog iets zeggen. In het alge
meen kan men zeggen dat Breda toch wel trots is Oranje Stad te
mogen zijn, een betiteling die volgens spreker beter aanslaat dan
die welke in deze raadzaal meer gehoord is.
Breda heeft historisch gezien nauwe banden met het huis van Oranje
envergrotingvan de kennis daarover, binnen zowel als buiten Breda,
is alleen maar toe te juichen. Hiermede hangt ook nauw samen een
der motieven die aan dit voorstel ten grondslag liggen. Vanuit
Orange is, ter uitvoering van een met algemene stemmen van de
raad genomen besluit, het verzoek gekomen met Breda een jume
lage aan te gaan. Dit alleen al acht spreker een reden om op dit
voorstel in te gaan. Hij juicht het echter eveneens toe dat de sa
menwerking is uitgebreid tot de steden Diest en Dillenburg. Het
samenwerkingsverband heeft een bredere basis gekregen en het voor
stel is daardoor toch zeker wel aantrekkelijker geworden. Een
tweede kant is de mogelijkheid die aanwezig kan zijn voor het toe
risme.
Van tijd tot tijd kunnen uit de samenwerking aantrekkelijke eve
nementen volgen die gunstig zijn voor het klimaat en de sfeer van
de stad, die daardoor ook meer aan de inwoners en aan de vreem
delingen te bieden heeft. Wordt er dit ook mee bereikt dan is dit
zeer verheugend.
De uitwerking van het voorstel valt samen met de herdenking van
1813-1963 en het is wel duidelijk dat juist Breda aan deze herden
king aandacht moet schenken. Hij acht de mogelijke combinatie
gelukkig.
Het voorstel goed lezend is hem opgevallen dat naar een zekere
traditie gewerkt wordt. Hoewel dit verheugend is roept dit ander-
t zijds voor de raad bepaalde vragen op, vermengd met bezorgd-
n heid. Het is immers niet aanlokkelijk als burgemeester en wethou
ders te zijner tijd met nieuwe voorstellen komen waaraan ook fi-
n nanciële consequenties verbonden zijn.
r Hier wil hij echter nu niet verder op ingaan. In het algemeen kan
n hij stellen dat zijn fractie akkoord gaat met het voorstel zoals het
e hier ligt.
t
r De heer VIS zegt dat ook zijn fractie waardering heeft voor dit
r voorstel. Het is in het algemeen niet zo eenvoudig om nationale
herdenkingen op een wijze te vieren die ook maar enigermate aan
slaat. Hij vindt het daarom een bijzonder gelukkige gedachte het
voorstel te combineren met de stichting van de Unie van Oranje
steden omdat daarin bepaalde mogelijkheden zitten die wellicht
toch wel zullen aanslaan. Dat hierbij de naam Breda-Oranjestad
nog eens zeer nadrukkelijk op de voorgrond wordt geplaatst kan hij
zeer waarderen.
De contacten die nu met de buitenlandse steden zijn ontstaan ver
keren nog in een beginstadium. Het door Orange genomen initia-
tief is zeer toe te juichen en hij hoopt dat deze contacten uit zullen