227 19 JUNI 19630 Hij spreekt de hoop uit dat burgemeester en wethouders er alsnog in zullen slagen een aantal twee-kamerwoningen te realiseren. De heer VIS zegt dat hij uit het betoog van wethouder Vermeu len o. a. begrepen heeft dat burgemeester en wethouders streven naar een continuïteit van de firma Zeebregts en van de Bredase bouwers. Gaarne zou hij van burgemeester en wethouders willen ver nemen hoe zij dit denken te realiseren. Naar zijn mening hebben burgemeester en wethouders dit niet helemaal in de hand, maar hangt dit af van de toewijzing van bouwvolume in de verschillende categorieën door de rijksoverheid, vooral wat de toewijzing van het woningwetcontingent betreft. De heer MELZER blijft van mening, dat de grotere en de klei nere gezinnen bij dit bouwproject niet aan hun trekken komen. Hij wijst er op, dat nu gebleken is dat blokverwarrning bij de eenge zinswoningen niet mogelijk is, burgemeester en wethouders willen zorgen voor de aanleg van leidingen voor het aardgas. Tenslotte vraagt hij de mogelijkheid onder het oog te zien voor de aanleg van een centraal antenne-systeem. De heer KROON noemt alles nog niet duidelijk. Hij vraagt zich af wat er voor de kleinere plaatselijke aannemers overblijft. Wet houder Vermeulen heeft wel betoogd dat de raad als plaatselijke overheid de kleinere aannemers op deze wijze niet te kort doet, maar hij rekent hierbij op de verhoging van het bouwcontingent van 800 tot 1.000 of 1.100 woningen per jaar. Spreker is van mening dat de plaatselijke overheid erop bedacht moet zijn dat de gedachte woningtoewijzing niet wordt bereikt. Mevrouw DE BONTE vindt het jammer dat de twee-kamer-wo ningen uit het project zijn geschrapt. Er hadden niet alleen alleen staanden in geplaatst kunnen worden, doch ookaflopende gezinnen, waardoor grotere woningen wederom vrij zouden zijn gekomen. Wethouder VERMEULEN had de gedachte gehoord de discussie, dat de raad blij geweest zou zijn met het schrappen van de 240 kleine etagewoningen. Thans merkt hij dat de verschillende spre kers deze woningen er toch graag bij gehad zouden hebben. Hij heeft reeds in eerste instantie uiteen gezet waarom deze 240 een heden in deze opzet geschrapt zijn moeten worden. De verdeling in de toekomst van het jaarlijks bouwcontingent over de verschillende categorieën woningen kan spreker niet noe men omdat dit afhangt van het landelijk beleid, dat gevoerd gaat worden. De kleinere bouwers bouwen echter uitsluitend in de vrije sec tor. Tot voor enige tijd ook wel in de premie-sector, doch uitslui tend voor de verkoop. Burgemeester en wethouders hebben echter deze bouwerij stopgezet omdat premiebouw voor verhuur beschik-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1963 | | pagina 227