21 AUGUSTUS 1963.
294
niet aan de raad om te oordelen hoe het dan wel moet. Spreker ge
looft dat de raad zeer voorzichtig moet zijn.
Spreker heeft overigens niet over een "unanieme" mening gesproken,
dat is een van de andere sprekers geweest. Er is verschil van me
ning en als dat zo ver gaat dat de specialisten gaan zeggen: wij la
ten onze kinderen zo niet gebruiken, dan gelooft spreker dat het nog
erger wordt. Er kan dus inde raad niet gesproken worden over opper
vlakte- of diepte- of wat voor onderzoek, maar het is wel tekenend
dat een van de grootste bedrijven in Nederland al een paar jaar ver
boden heeft dat kinderen toten met 16 jaar een borstonderzoek krij
gen. Als men dan weet dat er nog meer tere delen rondom het hoofd
zitten, die zeer groot gevaar opleveren, dan wordt het toch wel een
beetje angstig. Spreker betreurt dat er geen overleg is geweest met
de inspectie voor de volksgezondheid. Hij hoopt dat dit alsnog zal
gebeuren.
Wat betreft de brief aan de ouders verschilt spreker met de wethou
der van mening, want hij heeft zeker niet gezegd dat in de brief
over stralingsgevaar moet worden gesproken. Maar het is redelijk en
eerlijk dat er in staat dat er gebitsfoto's worden gemaakt.
Er is dus geen zekerheid en als er geen schriftelijk rapport komt van
de inspectie voor de volksgezondheid kan sprekers fractie haar stem
dan ook niet aan het voorstel geven.
De heer BROEDERS heeft gehoord dat de heer Van der Werff een
rapport van de inspectie voor de volksgezondheid heeft gevraagd.
Spreker heeft uit de woorden van de wethouder begrepen dat deze
de toezegging heeft gedaan dat deze zaak alsnog met de inspectie
voor de volksgezondheid wordt opgenomen. Dat dus de directeur van
de gemeentelijke geneeskundige en gezondheidsdienst en deze in
spectie hierover van gedachte zullen wisselen.
Spreker vraagt of hij hieruit ook de conclusie mag trekken dat, als
zou blijken dat de inspectie risico's aanwezig acht, het voorstel op
nieuw ter tafel komt. De zaak gaat dus alleen door als een en ander
door de inspectie veilig wordt geoordeeld. Als het zo wordt gesteld
heeft spreker geen behoefte aan een rapport van de inspectie.
Wethouder VAN BOXTEL kan ten aanzien van de opmerking van
de heer Vis, en tegelijkertijd ook die van de heer Van der Werff,
zeggen dat inderdaad het oppervlakte-onderzoek met sonde en spie
gel plaats vindt. Dat is ook in het voorstel toegelicht en spreker kan
onmiddellijk aanhalen wat hiervan door de medici gezegd wordt.
Wanneer men als eis stelt - en dat is voor het optimale onderzoek
als het onderhavige gewenst - een volledige status van het gebit te
maken, waarbij ook geen caries meer over het hoofd kan worden ge
zien, dan is een klinisch onderzoek met sonde en spiegel niet vol
doende. Daarom dient dit onderzoek te worden uitgebreid met rönt-
genologisch onderzoek, waarbij van elk der onderzochte kinderen in
totaal vijf foto's worden gemaakt. Het is geen kaak-foto. Dit onder
zoek heeft bovendien het voordeel dat het resultaat ten allen tijde
onmiddellijk reproduceerbaar is. Dit is dus het medische motief voor
het röntgenologische onderzoek. Het andere onderzoek is dus niet af-