21 AUGUSTUS 1963.
310
Wethouder BASTIAENSEN deelt mede dat niets is gepubliceerd
dat de opgelegde geheimhouding heeft doorbroken. Deze geheim
houding blijft gehandhaafd.
Overeenkomstig het voorstel wordt besloten.
54. BOUW OVERDEKT ZWEMBAD.
De heer KRAMERS zal gaarne vernemen in welk gedeelte van de
stad het overdekt zwembad is gedacht. Aangezien het voorstel eerst
tijdens de raadsvergadering is uitgereikt zal hij nog gaarne enige
toelichting ontvangen.
De heerKOERTSHUIS is er in het algemeen niet gelukkig mede
als hij voor de raadsvergadering nog stukken op zijn tafel vindt.
In dit geval wil hij het voorstel echter ten zeerste toejuichen.
Er is een zeer dringende behoefte aan een overdekt zwembad. Daar
bij denkt spreker niet alleen aan de weersomstandigheden van de
laatste tijd. Spreker hoopt dat het tot een spoedige realisering van
dit project mag komen; over de plaats valt t. z. t. wel te praten.
De heer MELZER is wel wat overvallen met dit voorstel, maar
hij is het er geheel mede eens. Er is op dit punt inderdaad van
dringende behoefte sprake. Spreker hoopt dat dit voorstel nog in
de afdeling voor sportzaken zal worden behandeld.
De heer VIS kan de in het voorstel uitgesproken constatering
volledig onderschrijven. Bij een vorige begrotingsbehandeling heeft
spreker een uitvoerig pleidooi gehouden voor een spoedige verbe
tering van de zwemsituatie in Breda. Spreker hoopt op een spoe
dige uitvoering van dit plan. De plaatsbepaling ware met de be
trokken afdeling te overleggen. Er is een uitvoerige nota over de
zwemsituatie geweest; spreker ziet dit voorstel als een uitvloeisel
daarvan.
De heer KROON heeft nu eens geen weerstanden te overwinnen
bij dit "rauwelijkse" voorstel. Hij is er verheugd mede.
De heer QUADEKKER brengt hulde voor de wijze waarop dit
voorstel wordt gepresenteerd. In het voorstel wordt gezegd dat er
dringende behoefte "blijkt" te bestaan aan een overdekt zwembad.
Spreker meent dat gesteld had mogen worden: "er IS dringende be
hoefte". Spreker verwacht gaarne een uitgewerkt voorstel als na
dere gegevens, als stichtingskosten e. d. bekend zijn.
De heer LOUS wil in verband met de situatie in Breda Noord
er op wijzen dat ervoor de toekomstige 30.000 3. 40.000 inwoners
daar geen gelegenheid is tot baden en zwemmen.
Wethouder VAN BIJNEN is zeer erkentelijk voor de reacties van
de raad op dit voorstel. Het is inderdaad niet prettig op het laatste