379 16 OKTOBER 1963. op welke wijze dit bad geëxploiteerd gaat worden. Indien niet tot gemeentelijke exploitatie zal worden overgegaan dan komt alles geheel anders te liggen. Bij deze exploitatie-begroting is uitge gaan van bepaalde bedragen die redelijkerwijze vereist zullen wor den. Spreker moet de heer Vis gelijk geven, wanneer deze zegt dat er een goede deskundige leiding voor dit recreatiebad noodza kelijk is. De heren Vis en Kroon hebben ook nog gesproken over de munt- douches. Hij weet niet of het beide heren bekend is wat onder munt-douchei worden verstaan. Het zijn niet de douches, die de bezoekers nemen voor zij gaan zwemmen, maar zij zijn bestemd voor de wedstrijdzwemmers die in het bad zullen trainen en die dan gaarne een warme douche nemen. Het gebruik zal derhalve niet zo erg groot zijn en daarom is de ontvangstpost pro-memorie op de begroting opgenomen. De heer Melzer heeft de opmerking gemaakt, dat getracht zal moeten worden Wolfslaar zo rendabel mogelijk te maken. Wet houder Vermeulen heeft hieraan aide nodige aandacht besteed en spreker wil hieraan nog alleen toevoegen dat het rendabel maken van de rest van Wolfslaar toch wel in de stijl van Wolfslaar zal moe ten zijn zoals deze op het moment is. De zaak rllcksichtlos ex ploiteren teneinde zoveel mogelijk winst te behalen, meent hij te moeten afwijzen. De sfeer, die bij dit park hoort, zal toch in acht genomen dienen te worden. Tenslotte heeft de heer Quadekker de opmerking gemaakt dat de rente en afschrijvingslast berekend over de grondkosten foutief is. Het eigenaardige is echter dat het bedrag van 8.085,41 juist is, doch dat in het stuk een vergissing is geslopen. De waarde van de grond moet niet zijn 167.722,- doch 187.282,-. Dit laatste bedrag heeft aan de berekening ten grondslag gelegen, zodat de rente en afschrijvingslast van 8.085,41 goed is. Vermoedelijk, zo zegt spreker, heeft de heer Quadekker niet de goede formule gehanteerd voor de berekening van de annuïteit. Gebruikt is bij de berekening een annufteits-percentage van 0,04317236. De heer ZIJTREGTOP is erg blij met de aanvulling die wethou der Vermeulen op het voorstel van burgemeester en wethouders heeft gedaan. Deze aanvulling komt eigenlijk neer op het wegla ten van de voorlaatste alinea van het voorstel. Bij aanneming van dit gewijzigde voorstel zal de raad zich dus in principe verplich ten om de nodige dekkingsmiddelen, welke dan ook, desnoods ver hogingvan de tarieven van de lichtbedrijven bij voorbeeld, aan te wijzen om dit project te financieren. Dat wethouder Vermeulen op zijn andere vragen in verband hier mede niet is ingegaan, acht hij doelmatig. Een opmerking zijnerzijds heeft de wethouder toch wel beantwoord nl. dat een bepaalde instantie, waarvan hij de naam niet goed heeft verstaan eigenlijk niet thuis gegeven heeft op de vraag of subsidiëring in verband met streekbelangen mogelijk was.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1963 | | pagina 379