40
16 JANUARI 1963.
De heer SPANJER zegt dat het hem is opgevallen dat door de
openbare lagere scholen niet wordt deelgenomen aan de school-
melkvoorziening, zulks in tegenstelling tot de openbare kleuter
scholen. Hij vraagt wat hier de reden van is.
Wethouder BASTLAF.NSEN constateert dat alle sprekers met
lof en waardering over het voorliggend werkstuk hebben ge
sproken. Deze uitspraken doen het college veel genoegen.
Spreker zegt de lof door te kunnen geven aan de afdeling on
derwijs ter secretarie welke de nota verzorgde. Speciaal de
samensteller de heer Kievits die spreker hier in de raadzaal
ziet zitten, zal het genoegen en plezier doen dat de gehele
raad het werkstuk bijzonder op prijs stelt. Ook de heren Walen
kamp en Mens van de afdeling onderwijs wil spreker dank bren
gen voor hun positieve bijdrage aan de definitieve vaststelling
der nota door het ontwerp kritisch te bekijken en eventueel aan
te vullen e. d.De behandeling van de nota in de afdeling van
de raad leverde daardoor slechts enkele correcties op. Spreker
is van mening dat deze behandeling in de afdeling zeer nuttig
was. De nota heeft vele aspecten en moet niet in te enge zin
worden bekeken. De raad wordt voortdurend geconfronteerd
met bestuurstaken. De bedoeling met deze nota was dat de
raad, maar ook het college en eventueel de nodige andere in
stanties zouden kunnen beschikken over een naslagwerk. Dit
naslagwerk heeft dus de instelling niet zo zeer te wijzen in
welke richting het onderwijs moet worden uitgebreid. Dit moet
veel meer afzonderlijk worden gedaan. Een en ander betekent
niet dat nu deze nota gereed is, geen verdere studies worden
ondernomen. Spreker kan de verzekering geven dat meer stu
dies volgen, er zijn nu al bepaalde gedachten over. Het col
lege zal deze de raad te zijner tijd voorleggen.
Een der sprekers heeft de mammoetwet genoemd en gevraagd
hoe Breda tegenover het in werking treden der wet zal staan.
Spreker kan met de heer Van der Werff zeggen dat het een
moeilijke materie is. Veel uitvoeringsbesluiten zullen dan
nog zijn te nemen; zeer veel problemen zijn echter nog niet
bekend. Spreker kan wel verzekeren, dat het college van
burgemeester en wethouders de ontwikkeling nauwlettend volgt.
Spreker wil degenen die de nota bespraken beantwoorden. Zij
hebben de nota uitvoerig besproken en van opmerkingen voor
zien. Hij is het niet met de heer Quadekker eens dat de spre
kers al te breedsprakig zijn geweest.
De heer QUADEKKER zegt te hebben bedoeld dat hij niet
zo uitvoerig de nota kon behandelen, zoals andere leden reeds
hadden gedaan.
Wethouder BASTIAENSEN vervolgt door de heer Bayens te
antwoorden dat de normen welke gelden voor de vrijstelling van
betaling van schoolgeld voor kleuteronderwijs door de minister
zijn vastgesteld. Hieraan is door de gemeente dus niets te doen.
