497
11 DECEMBER 1963.
te van het oude woningbezit bevindt. Het is te hopen dat het nieuwe
bouwbeleid de mogelijkheid schept om in de komende jaren een
flink aantal van deze krotwoningen op te ruimen.
De taak van de gemeentelijke overheid is inde afgelopen jaren (om
de gedachte te bepalen, zeg: 15 i 20 jaar) sterk toegenomen. Het
is een gevolg van een complex van omstandigheden, zoals bijv. de
snelle groei van de bevolking, het toegenomen welvaartspeil, het
verantwoordelijkheidsgevoel t. a. v. degenen die bij deze ontwikke
ling zijn achtergebleven (bejaarden, invaliden, chronisch zieken),
de kostbaarheid van allerlei noodzakelijke gemeenschappelijke voor
zieningen het beschikken over meer vrije tijd, enz. Deze ontwikke
ling komt duidelijk tot uiting in het grote aantal adviescolleges dat
burgemeester en wethouders thans terzijde staat. Ik denk b. v. aan
de culturele werkgemeenschap, de gemeentelijke sportstichting, de
jeugdadviesraad, het overlegorgaan voor maatschappelijk werk en
de stichting bejaardenwerk. Ook het binnenkort te openen Jeugdcen
trum is een duidelijk bewijs van de toegenomen maatschappelijke
verantwoordelijkheid van de gemeentelijke overheid en anderzijds
een voorbeeld van goede samenwerking met particuliere instanties.
Op de gebieden waar de hier genoemde organen werkzaam zijn, is
nog zeer veel nuttig en noodzakelijk werk te doen. Te denken valt
bijv. aan de huisvesting van de bejaarden, de verzorging van be
jaarden, het tot ontwikkeling brengen van allerlei vormen van z. g.
open bejaardenwerk. Gelukkig wordt de gedachte dat de bejaarden
als "gewoon mens" zijn plaats in de samenleving moet behouden,
steeds meer aanvaard. In het verleden is aan de bejaarden veelal
alle zelfstandigheid en verantwoordelijkheid afgenomen, speciaal
ook in bejaardentehuizen "oude stijl". Is het trouwens nog steeds
niet zo dat bejaarden die zelf niet in staat zijn om de vaak niet ge
ringe pensionprijs te betalen en dus aangewezen zijn op de gemeen
telijke steun, ook als zij nog allerminst dement zijn, een zakgeld
krijgen waar menige tiener zijn neus voor zou ophalen?Het college
van burgemeester en wethouders zal vermoedelijk wel met mij eens
zijn dat wij wat het bejaardenwerk betreft nog maar aan het begin
van een belangrijke en noodzakelijke ontwikkeling staan.
Ook m. b. t. de voorzieningen voor de jeugd, de vrije-tijdsbesteding
en de sport leven er in mijn fractie nog vele wensen, met waarde
ring voor al datgene wat reeds gepresteerd is.
Ik wil er enkele noemen. Bij het ontwerpen van nieuwe wijken wordt
reeds heel wat aandacht besteed aan de ruimte die nodig zal zijn
voor de jeugd. In het bijzonder de speelplaatsen voor de jonge kin
deren dienen te worden gepland als een functioneel gegeven bij een
bepaald complex woningen, waarbij de grootte van het complex o. a.
zal afhangen van de mate waarin er flatwoningen bij betrokken zijn.
Voor de oudere jeugd zou ook eens gedacht kunnen worden aan te
gelveldjes met een basketbal en volleybaluitrusting. En willen bur
gemeester en wethouders ook de mogelijkheid eens overwegen van
aanleg van een z. g. verkeerstuin, van belang voor het verkeerson-