544 12 DECEMBER 1963. van personen, waarvan mag worden verwacht dat zij met liefde en zorg dit werk op zich nemen. Dit wil nog niet zeggen, en spreker weet niet zeker of de vraag daarop doelde.dat er ook op ander ge bied verandering nodig zal zijn. Spreker meent dat ook in het centraal rapport is gesteld dat de be trokken commissie tevens een soort beheerscommissie zou moeten worden. Spreker gelooft nu juist niet dat dit nu een van de zaken is, die bepalend en essentieel zouden moeten zijn voor de cultu rele werkgemeenschap. Het is een adviesinstantie, die voor aller lei vragenvan cultureel beleid burgemeester enwethoudersvanad- vies dient. Er zijn allerlei mogelijkheden en de ervaring, die daar mede de laatste tijd is opgedaan wijst er op dat de culturele werk gemeenschap zelf begrijpt en zelf inziet dat haar taak zeer belang rijk is, dat zij haar taak consciëntieus verricht en dat zij burge meester en wethouders van goede adviezen voorziet, wat niet weg neemt dat toch burgemeester en wethouders bij tijd en wijle afwij ken van het advies van de culturele werkgemeenschap omdat het tot de verantwoordelijkheid van burgemeester en wethouders be hoort om hun eigen weg te bepalen. En als er dan een afwijking is betekent dit niet dat minder waarde ring wordt uitgesproken voor de taak van de culturele werkgemeen schap. De heer Vis vreest dat de 5°lo bestedingsbeperking, welke aan de overheid wordt opgelegd, in het bijzonder ten aanzien van de scho lenbouw wel zeer stagnerend zal werken. Spreker weet niet of hij deze vrees moet delen. Hij weet wel dat het zonder deze beste dingsbeperking toch al bijzonder moeilijk is om op tijd scholen ge reed te krijgen. Het is natuurlijk een zeer treurige zaak dat zich ten aanzien van de scholen bijzonder onaangename evenementen hebben voor gedaan; op zich is het een aangelegenheid, die de wethouder van onderwijs in zoverre aangaat, dat objecten, die tot zijn zorg be horen, op meer dan schandelijke wijze worden benadeeld en wor den vernield. Het ligt niet in sprekers macht vernielingen tegen te gaan, maar de raad heeft reeds van de voorzitter kunnen vernemen dat de poli tie op dit gebied bepaalde maatregelen overweegt. De heer Kroon heeft verwezen naar zijn beschouwing vanvorig jaar en gezegd dat hij toen uitvoerig is geweest over het subsidie beleid. Dat kan niet ontkend worden, maar wanneer hij zegt dat er toen een subsidienota is toegezegd dan moet spreker dit ontkennen. Wat wel is toegezegd is, dat een lijst van subsidies ter inzage zou worden gelegd. Ook naast de lijst van subsidies is er wel gesproken over een nota, maar toen werd gedacht aan een geheel andere no-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1963 | | pagina 544