554 12 DECEMBER 1963. te mogen zeggen dat Breda op dit punt niets achterwege heeft ge laten om de voorraad zo groot mogelijk te doen zijn. Spreker merkt nog op dat vijf middelgrote bedrijven in Breda intussen hebben besloten gezamenlijk een bouwplan in Upelaar tot ontwikkeling te brengen, waarbij er naar gestreefd wordt dit van een zodanige omvang te maken, dat het eventueel als een arbeids besparend plan in aanmerking kan komen. Spreker gelooft dat dit alleen maar een verheugend verschijnsel is en hij zegt toe dat van de zijde van de gemeente alles zal worden gedaan om ook deze bouwers aan mogelijkheden te helpen. De heer Broeders heeft ook nog met waardering gesproken over de centrale blokverwarming, die, voor wat het departement be treft, wel van de grond is. Dit verheugt spreker ten zeerste omdat hij dit tot nu toe een enigszins twijfelachtig punt vond. Hiervan is dus nu de eindfase bereikt. De heer Broeders heeft ook nog gevraagd om een gedachtewis seling, niet alleen over het huisvestingsbeleid, maar ook over het bouwbeleid. Spreker meent dat de afdeling voor openbare werken eigenlijk toch wel het aangewezen forum is, waardoor ook de des kundigen in de gelegenheid zijn aan de gedachtenwisseling deel te nemen. De heer Broeders heeft, evenals de heer Vis, gesproken over de ontwikkeling en de uitgroei van Breda en hij heeft daarbij gewezen op de noodzaak tijdig maatregelen te nemen. Spreker geeft dit geheel toe, maar hij wil anderzijds opmerken dat dit het eigen lijke kernprobleem is van iedere overheid, en spreker zou haast willen zeggen in het bijzonder van de Brabantse overheid, waar van Breda deel uitmaakt. Dit gebied maakt inderdaad een meer dan normale ontwikkeling door in verhouding tot de rest van ons land. Toch beschikt de gemeente op het ogenblik nog maar over middelen, die daar in het geheel niet op zijn aangepast, en nu zal de grote moeilijkheid zijn om gedaan te krijgen dat men op het moment dat voor de toekomst moet worden gebouwd, de mid delen daarvoor beschikbaar krijgt. Spreker is het dus met de beide sprekers volkomen eens dat reeds nu in het beleid met de toekomst rekening moet worden gehouden en hij kan hem verzekeren dat burgemeester en wethouders wat dat betreft ook zeer actief zullen zijn, maar hij vreest dat de midde len te kort zullen schieten, terwijl ook niet altijd voldoende be grip zal worden ontmoet. De heer Broeders heeft ook gesproken over behoud van de sfeer in de binnenstad;spreker meent dit zo te moeten uitleggen dat de heer Broeders vooral het oog heeft gehad op de economische betekenis van de binnenstad. Hierbij is uiteraard gedacht aan het voorbeeld van Amerika waar de shopping centres geleid hebben tot het aan betekenis inboeten van de binnensteden. Het beleid van burge-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1963 | | pagina 554