12 DECEMBER 1963.
563
de sportstichting, de jeugdadviesraad en het jeugdcentrum. Zonder
deze belangstelling zouden burgemeester en wethouders moeilijk op
de hoogte kunnen zijn van de problemen waarvoor zij zich zien ge
steld.
De stichtingsakte van het jeugdcentrum is gereed en wordt bin
nenkort aan de notaris aangeboden. Vermoedelijk zal hiermede be
gin 1964 kunnen worden gestart, zodat van daaruit de nodige acti
viteiten kunnen worden verwacht.
De heer Vis heeft ook nog gesproken over de aanleg van eenver-
keerstuin.
Spreker zou deze hoogstens kunnen zien in een groot recreatief ver
band en niet als verkeerstuin ter opvoeding van de kinderen voor
het verkeer. Daarvoor zijn andere belangrijke voorzieningen, ter
wijl bovendien een dergelijke verkeerstuin bijzonder kostbaar is,
zoals uit vroeger beraad hierover is gebleken. Deze zeer dure voor
ziening heeft dus alleen maar recreatieve betekenis. Spreker zou
daarom de aanleg daarvan absoluut willen ontraden.
De heer Vis heeft ook het recreatief beleid in groter verband aan
de orde gesteld. Bij het gemeentebestuur is de gedachte geopperd
om deze recreatie te gaan zien in het verband van de stad, maar
ook in het verband van het verkeer. Daarvoor is een werkgroep in
het leven geroepen, die studeert over problemen van recreatie. Hier
in zijn mensen van openbare werken en beplantingen opgenomen,
die ook overleg plegen met de houtvester in deze stad.
Deze houtvester beheert een belangrijk recreatiegebied voor stad en
omgeving.
Ook met andere belanghebbende gemeenten wordt informeel over
leg gepleegd om te weten te komen of de recreatieplannen van Breda
wel passen in de totale omgeving en dat geen doublures worden ge
pleegd.
De heer Vis heeft ook tegelveldjes genoemd; er wordt momen
teel gewerkt aan een plan voor een tegelveldje in de buurt van het
Westeinde. Hierbij wordt gedacht aan volley en basketbal, hoewel
volley eerder een binnen- dan een buitensport is. In het buitenland
wordt basketbal ook veel buiten bedreven.
Spreker heeft het gevoel dat basketbal in Breda en omgeving nog niet
erg gewild is, maar dat moet ons niet weerhouden deze mooie sport
te gaan propageren en daar mogelijkheden voor te scheppen.
De heer Kroon heeft in het geheel niet over sprekers portefeuil
le gesproken. Spreker vermoedt dat de heer Kroon heeft gewacht
op de subsidienota omdat hij spreker vorig jaar als grootste subsidie-
verbruiker heeft gekwalificeerd.
Spreker verwacht dat de fractie van de heer Kroon in elk geval wel
op de aspecten van jeugd en sport zal terugkomen, want zijn frac-