12 DECEMBER 1963.
579
In verband met de recente gebeurtenissen inde Jan Ligthartschool
wijst hij nog op een trouwe bondgenoot van de politie n. 1. de hond.
Tot slot zegt spreker, dat hij het op prijs zal stellen de reeds
enige tijd geleden toegezegde subsidienota op korte termijn te ont
vangen, omdat dit toch wel een zaak is, waar eens rustig over na
gedacht moet kunnen worden.
De heer QUADEKKER wil graag proberen in wat onlogische volg
orde enkele opmerkingen te maken over hetgeen tot nog toe is be
handeld.
De heren Broeders en Vis hebben - ook zeer gedegen - gespro
ken over de groei van Breda. Als de genoemde cijfers, die gedeel
telijk schattingen zijn, werkelijkheid worden ziet het er voor wat
de woningbouw betreft moeilijk uit, meent hij. Zij spraken voor
het jaar 2000 over respectievelijk 250. 000 en 500. 000 inwoners.
Het ene impliceert de bouw van 2000 en het andere de bouw van
2700 woningen per jaar en dan te beginnen in januari a. s.Hij vraagt
hoe het college denkt over het grondgebied, dat daarvoor nodig is,
omdat we nu c. a. 30. 000 woningen hebben, maar straks 120. 000
om van het aantal scholen, kerken, vermaakcentra, winkelcentra
en horecabedrijven nog maar niet te spreken. De heer Broeders in
formeerde naar de informatieve vergadering over de fluoridering.
Op zijn vraag hoe lang het studeren op deze materie nog duurt kreeg
spreker nog geen antwoord. Hoe langer gewacht wordt hoe meer ma
teriaal er ter bestudering bijkomt meent hij en zijn illusie is dat de
ze zaak nog behandeld wordt voordat het college en de raad meteen
tandeloze mond tegenover de belanghebbende gemeentenaren met
een mond vol tanden zitten.
Nu even een "Seitensprung" als antwoord op hetgeen de heer
Broeders in 2e instantie aan mijn adres heeft gezegd.
Ik meen, letterlijk en figuurlijk, "rond" genoeg voor U te staan
om niet gespleten te lijken.
Als enig raadslid kan ik zeggen dat ik als Q. q. q. hier ben (d. w. z.
als Quadekker, qualitate qua) en ik hoop met mijn 1 P. K. toch
fut genoeg te kunnen opbrengen.
Hij vraagt naaraanleidingvaneenverzoekvande heer Vis, waar
om deze een studie-commissie voor een goed geoutilleerd openbaar
vervoer tussen de stadswijken onderling in die wijken en het centrum,
naast de B. B. A. ook de Nederlandse Spoorwegen wil inschakelen.
Hij vraagt verder of deze met het station Etten-Leur in het verschiet
deze plaats als stadswijk ziet. Als Breda straks spoorwegverbindin
gen intern behoeft, voelt spreker wel iets voor enige helihavens.
Deze zijn ook geschikt om in het licht van de "suburbanisatie" de
"suburbs" te bezoeken.
De vraag van de heer Vis over de parkeerschijf en het eventueel ge-