12 DECEMBER 1963. 585 lossing is van deze in zich nogal complexe affaire. Diverse sprekers hebben gezegd, dat zij de feesten met het oog op de plaats gehad hebbende ontsporingen nogal verontrustend vinden. Allen, behalve de heer Kroon, zijn het met spreker eens, dat er geen reden is om deze zaak nu als ontoelaatbaar geheel af te wijzen. Redenen tot di- ligentie zijn er volop en daartoe is het college ook wel bereid. We zullen, zo vervolgt hij, met vertrouwen in diegenen, die wel ple zier in die feesten hebben, ze ook in 1964 doorgang laten vinden, zij het dan in een enigszins aangepaste en gestroomlijnde vorm. Een ander facet waar spreker dieper op ingaat is de waarde van het gebouw, de revenuën, die de industrie er uit heeft en de ver kapte subsidie. Dankbaar moeten we zijn, dat dit gebouw, dat ove rigens niet fraai is van vorm, er is. Het heeft in de loop der jaren reeds veel goede diensten bewezen, zoals voor verkeersopvoeding, het tentoonstellingswezen, voor liefhebberijen zoals vrijetijdsbeste ding, het verzamelen van allerlei gevogelte, voor kampeer- en au totentoonstellingen enz. We moeten dit gebouw als iets waardevols zien zegt hij, zolang de congreshal er nog niet is en we zullen het ook moeten benutten voor de viering van carnaval, omdat Concor dia in dit stadium er minder geschikt voor is geworden. Natuurlijk vervolgt hij,heeft de industrie er revenuSn van, maar het saldo van al die inkomsten is met vele tienduizenden guldens nadelig. Het gaat niet alleen om de verkoop van bier, maar ook over personeel en het soort vermaak met allerlei kostbare teenager- idolen, die zich goed laten betalen. Hij hoopt dat de "Beatniks die in honden met toestemming althans toelating van de overheid optreden nooit naar Breda zullen komen, omdat de hal dat waarschijnlijk niet zou overleven. De feesten kostende industrie jaarlijks 50 5 60.000,-.De be lasting, die de gemeente krijgt bedraagt 10 a 15.000,-.Voor an dere dingen, zoals wegwijzers e.d. wordt door de gemeente het pre cariorecht beperkt tot 600,-. Dit laatste is de enige service, die de gemeente aan de organiserende industrie geeft. Pas geleden heeft er in de hal een carnavalsfeest plaatsgehad, waarop geen nozem relletjes zijn voorgekomen. Wethouder MEIJS zegt, dat hij van praktisch alle fractievoorzit ters heeft mogen vernemen, dat ze er mede akkoord gaan, dat de behandeling van de investeringsnota zal plaats hebben, zoals door de heer Broeders gesuggereerd. Hij gelooft, dat uitbreiding van de taak van de financiële commissie zowel met betrekking tot de be- - handeling van de begroting als tot anderezaken belangrijk kan bij dragen tot een goede informatie van de leden van die commissie en daardoor ook tot een goede informatie van de gehele raad. Hij elooft verder, dat als de financiële commissie zou willen besm eren de mogelijkheden om tot beperking van de begrotingsbehan deling te komen, zij er in zou slagen een goede oplossing aan de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1963 | | pagina 585