12 DECEMBER 1963.
599
formatie ziet spreker met veel belangstelling tegemoet en hij heeft
daarbij nog een vraag n. 1. is de bekende 1regeling voor kunst
zinnige verfraaiing van nieuwe gebouwen hieronder begrepen.
Onder volgno. 574 vermeldt het college, dat het heeft moeten con
stateren dat, niettegenstaande de hoge subsidies, de besturen van
openbare leeszalen en bibliotheken geconfronteerd worden met ex
ploitatie-tekorten. Dit verwondert spreker, omdat de subsidie aan
bibliotheken op spectaculaire wijze is gestegen. Als hij het over
zicht van de subsidies bekijkt ziet hij, dat er in 1959 voor open
bare leeszalen en bibliotheken gevoteerd werd 53.000,- en in
1964 220.000, -. Dat is 4 maal zoveel en dit subsidie steekt be
langrijk af bij andere, waarvan gezegd kan worden, dat ze gedu
rende hetzelfde tijdvak verdubbeld zijn. Spreker zou dan ook gaar
ne vernemen hoe het nu mogelijk is, dat er grotere exploitatie
tekorten zijn.
In tegenstelling tot de heer Kroon vindt spreker het subsidie aan
het Brabants Orkest zeer belangrijk. Hij wordt hierin gesteund door
een rapport inzake cultuurverkenning, waarin hij op pagina 8 leest:
"Vol enthousiasme en in een sfeer van goede samenwerkingis in 1950
op particulier initiatief het Brabants Orkest gestart met de intentie
het muziekleven in de provincie te verrijken en te verdelen. In de
loop der jaren heeft dit orkest zich opgewerkt tot een hoogte van
het Rotterdams Philharmonisch Orkest en het Utrechts Stedelijk
Orkest en daarmee behoort het tot de groep van betere orkesten.
Voor deze artistieke prestatie kan men slechts respect hebben".
Spreker onderschrijft de mening, die in het rapport is weerge
geven en hij vindt daarom het subsidie aan het Brabants Orkest zeer
belangrijk. Hierna gaat hij nog even in de clinch met de redactie
van"DeBredascheCourant", die onlangs aan het Bredaas publiek
heeft voorgerekend, dat het gemeentelijk subsidie voor het Bra
bants Orkest 40,- per concert-bezoeker zou zijn. Die redactie
kwam daartoe door te stellen, dat per concert 8000,- subsidie
gegeven wordt. In dit licht bezien zou het aantal bezoekers per
concert 200 bedragen. Spreker heeft hiernaar geïnformeerd en daar
bij is hem gebleken, dat het bezoekersaantal minstens het dubbele is,
dus 400 en er zijn ook concerten, die door 500 600 mensen bezocht
worden. Er is dus een overdrijving van 100%. Het subsidie zou on
geveer f 20,- per bezoeker bedragen, hetgeen naar sprekex's me
ning ook nog een dubieus cijfer is gezien het feit, dat het Brabants
Orkest ook nog z, g. begeleidingsconcerten geeft, die in het sub
sidie begrepen zijn. Men is n. 1. uitgegaan van de concerten van
het Brabants Orkest.
Spreker acht het nog te vroeg om een oordeel te geven over het
nieuwe toneelbeleid te Breda. Het maakt kennelijk de kinderziek
ten door. De affiches vindt hij wel fraai maar niet duidelijk. De