646
13 DECEMBER 1963.
de bouw van deze woningen door gemeenten met een omvang als
Breda, niet bijster groot zal zijn.
Alles bij elkaar gelooft hij echt niet dat er veel illusies gemaakt
behoeven te worden om deze woningen in Breda te krijgen zelfs niet
een klein aantal. Persoonlijk is hij bijzonder bang dat het niet zal
lukken.
De heer KOERTSHUIS deelt mede, dat wethouder Vermeulen de
uitgifte van grond in erfpacht niet heeft besproken.
Wethouder VERMEULEN zegt dat het uitgeven van grond in erf
pachtnatuurlijk een mogelijkheid is, maar hij weet niet of dat voor
de toekomstige bewoners aantrekkelijk is. Men heeft dan inderdaad
voor het stichten van een woning minder financiën nodig maar hier
staat tegenover dat men dan bouwt op grond die geen eigendom is.
Spreker is bang dat men bij het aantrekken van een grote hypotheek
dan moeilijkheden krijgt. Spreker zal het bekijken maar op dit mo
ment zou hij zeggen dat er zowel voordelen als nadelen aan zijn.
De heer KOERTSHUIS merkt op dat hij nog niet was uitgespro
ken en vervolgt dat het hem bekend is dat op woningen, die op erf
pacht grond zijn gebouwd, toch hypotheek wordt verleend.
Hij verzoekt burgemeester en wethouders toch alvast te doen onder
zoeken waar deze woningen zullen kunnen worden gebouwd. Dan
heeft de gemeente in ieder geval haar best gedaan. Bovendien zou
aan de provinciale directie reeds de vraag gesteld kunnen worden
of de gemeente Breda voor deze woningen in aanmerking komt.
Wethouder VERMEULEN zegt dat deze vraag al gesteld is.
VOLGNO. 244b.
De heer TER BERG zegt dat hij gevraagd heeft om de Vrouwen
adviescommissie inteschakelen bij de beoordelingvan particuliere
bouwplannen. Burgemeester en wethouders hebben hierop geantwoord
dat zij betrokkenen op deze mogelijkheid zouden attenderen.
Spreker zou willen vragen of het mogelijk is dit te verwezenlijken.
Wethouder VERMEULEN antwoordt dat burgemeester en wethou
ders niet aan particulieren kunnen voorschrijven de Vrouwen-ad-
viescommissie in te schakelen.
Burgemeester en wethouders zullen echter de aanvragers van een
bouwvergunning op de mogelijkheid tot het verkrijgen van een ad
vies van de commissie wijzen.
Hierna wordt hoofdstuk V van de begroting vastgesteld.
HOOFDSTUK VI.
