13 DECEMBER 1963.
653
arbeidskrachten of financiële middelen moet gaan ten koste van stra
ten, wijken of pleinen, die er qua bebouwing toch al behoorlijk
uitzien.
De heer VAN GISBERGEN heeft een vraag gesteld over de pre
cariorechten. In het antwoord van burgemeester en wethouders wordt
gesteld dat op grond van deverordening slechts een tarief kanwor-
den toegepast op een voorwerp en dat bij verhuur de tarieven van
precarioverordening niet van toepassing zijn,
Spreker heeft uit dit antwoord begrepen dat bij belasting van bv.
eenluifeltje bij aanbrengingvanverlichting in dit luifeltje hierover
geen precario meer betaald behoeft te worden.
Bij de Horeca-bedrijven is het echter zo dat zowel het luifeltje, de
verlichting, het terras, de put en zo kan hij doorgaan, belast wor
den.
Er zijn op deze manier wel 6 of 7 belastingen op een pand.
De heer Van Caulil heeft er destijds al een opmerking overgemaakt
en hem is toen medegedeeld, dat dit nog bekeken zou worden. Hier
van heeft spreker tot op het ogenblik niets gemerkt.
Wethouder VERMEULEN antwoordt op de door de heer Van Caulil
gestelde vraag over devuil-waterafvoer.dat het de heer Van Caulil
wel bekend zal zijn dat er met die afvoer in West-Brabant iets gaan
de is. Er is door de minister van waterstaat een commissie ingesteld,
waarvan de commissaris van de koningin in Noord-brabant voorzit
ter is. Deze commissie heeft tot taak de gehele vuil-waterafvoer
van 'geheel West-Brabant te bestuderen en te trachten dit te coör
dineren en zo doelmatig mogelijk te regelen. In deze opzet speelt
de afvoerleiding naar de Moerdijk, waaraan dus momenteel ge
werkt wordt, ook een rol.
Indien burgemeester en wethouders goed zijn geïnformeerd dan is
deze technische commissie al bijzonder ver met zijn rapport en mag
verwacht worden dat dit rapport binnen niet al te lange tijd zal
worden uitgebracht. Men heeft ons verzekerd, zo zegt spreker, dat in
dit totaal project van rioolwaterafvoer Breda is opgenomen. Boven
dien is daarin ook Roosendaal en Bergen op Zoom bij en wellicht
nog een gebied ten Oosten van Breda gelegen. Hierdoor zal de lei
ding, die door Breda gelegd wordt, altijd zijn nuttige functie kun
nen blijven vervullen.
De gemeente Breda heeft op het ogenblik geen enkele rente en af
schrijvingslast in de begroting verwerkt. Afgewacht zal moeten
worden wat de reeds eerder besproken technische commissie voor
een totaal-oplossing voor West-Brabant zal adviseren.
De vraag van de heer Mendes, zo zegt spreker, over de rijksgoed
keuring van de sporthal, is een uitnodiging om in het koffiedik te
kijken. Met rijksgoedkeuringen is het eigenaardig gesteld, zo zegt
spreker, op een gegeven ogenblik kunnen er veel afkomen en dan
wederom een hele tijd komt er niet een. Burgemeester en wethou
ders zijn van oordeel dat de sporthal de hoogste urgentie heeft en