VOORTZETTING VAN DE VERGADERING VAN
13 DECEMBER 1963.
De VOORZITTER heropent de vergadering te 19.45 uur en stelt
aan de orde de behandeling van hoofdstuk VII van de gemeente
begroting 1964.
Hoofdstuk VII wordt zonder beraadslagingen vastgesteld.
Hoofdstuk VIII wordt vastgesteld zie notulen 12 december 1963
pag. 609).
Hoofdstuk IX.
De heer VAN CASTEREN heeft bij de schriftelijke voorbereiding
bij volgnummer 676h inzake het subsidie voor het katholiek soci
aal centrum een vraag gesteld en er tevens zijn vreugde over uit
gesproken dat het subsidie aanzienlijk is verhoogd. Bij haar plan
ning heeft het katholiek sociaal centrum het aantal maatschappe
lijke werksters dat zij voor haar werk inde stad nodig acht, bepaald.
De raming is gebaseerd op 9j kracht. Hiermede kan spreker akkoord
gaan, maar algemeen gesteld wil hij de wethouder vragen derge
lijke stichtingen op dit terrein in de toekomst toch zoveel ruimte
te geven dat de algemene-welzijnsbehartiging mogelijk wordt. Veel
al is de subsidiëring gesteld op 80Hiermede wordt wel onder
schreven dat van algemeen-welzijnsbehartiging sprake is. Het kan
in de naaste toekomst mogelijk zijn dat het subsidie (van fijk en
gemeente samen) tot 100% verhoogd moet worden. Spreker hoopt
dat het gemeentebestuur van Breda zich hierop reeds wil bezinnen.
Het onderwerp is ook elders in studie.
De heer VAN DEN EEDEN heeft gezien dat over volgnummer
672 een vraag is gesteld met betrekking tot het vraagstuk van de
verstrekking van warme maaltijden aan bejaarden. Door het col
lege is geantwoord dat hier een nader onderzoek naar zou worden
ingesteld. Het is spreker bekend dat men er hier bij een bepaalde
bond nogal sterk tegen is gekant omdat men dan min of meer te
recht zal komen in de sfeer van bedeling. Vooral wanneer het gaat
om het verstrekken van warme maaltijden komt dat nog meer naar
voren, omdat het vroeger nogal eens gebeurde dat men met een
warm potje naar de arme mensen ging. Spreker wil daarom wel in
overweging geven om hier niet zo gauw toe over te gaan. De groe
peringen waar deze zaak aan de orde is geweest voelen het dus als
een vernedering omdat men bang is dat de sfeer van de bedeling,
die men vroeger kende, weer terugkomt.
De heer VAN GASTEL zegt dat de door de heer Van den Eeden
bedoelde vraag door hem is gesteld. Het antwoord van het college
heeft hem voor 100% bevredigd. De bedoeling van zijn vraag was
niet om aan de mensen kosteloos maaltijden te verstrekken maar
meer het uiten van de vrees dat deze mensen vaak niet in de ge
legenheid zijn zelf een warme maaltijd te verzorgen. Spreker wil