80 13 FEBRUARI 1963. Mevrouw DE BONTE merkt op dat door de stelling van de heer Kroon, dat er in zijn kringen niet voor een compromis-school wordt gevoeld, het niet mogelijk zal zijn voor andere groeperingen een school te stichten. Zij noemt het even onverteerbaar voor een ka tholiek als voor een protestant-christelijk gezin, om hun kinderen naar een school van een andere richting te moeten zenden. Men heeft echter voor de stichting van deze protestant-christelijke groep de aantallen leerlingen medegerekend, die het openbaar onderwijs volgen. Zij betwijfelt het of deze leerlingen deze school zullen be zoeken, omdat het openbaar onderwijs door vele kinderen van ka tholieke huize wordt bezocht. Indien deze ouders moeten gaan kie zen zullen wij zeker de r. k. 1. o. m. -school kiezen. Dit percentage van het openbaar onderwijs valt dus zeker weg. Spreekster kan begrijpen dat burgemeester en wethouders samen spraak tussen de drie groeperingen niet kunnen stimuleren. Maar de raad heeft tot taak om de belangen van alle burgers te bevorderen. Indien in dit geval alle groeperingen een beetje water bij de wijn doen zal er een aanvaardbare oplossing komen, bestaande uit de stichting van een compromis-school. De heer KROON zegt dat mevrouw De Bonte gesproken heeft van een protestante school en dat de heer Rattink alle protestante rich tingen genoemd heeft. Spreker wil in dit opzicht nog eens ter verduidelijking medede len dat het inderdaad een protestante school zal worden gebaseerd op de protestant-christelijke levensbeschouwing. Ten aanzien van dit beginsel is er geen compromis mogelijk. Ten opzichte van de geruisloze stichting van deze school moet het spreker toch van het hart, dat er al jaren geleden contact is ge weest met de hoofden van de scholen. Het enige wat thans gepro beerd wordt is het stichten van een protestant-christelijke 1. o. m. - school langs de wettelijke weg. De ouders van katholieke leerlingen van het openbaar onderwijs zullen naar zijn mening niet in een conflict-situatie komen te ver keren. Er is immers een katholieke 1. o. m. -school en bovendien is het spreker bekend dat er op de christelijke h. b. s. ook katholieke leerlingen zijn ondanks het katholiek middelbaar onderwijs inde ge meente Breda. Indien de heer Rattink opmerkt, dat er op deze wijze in Breda geen openbare 1. o. m. -school zal kunnen komen, dan meent spre ker te moeten opmerken, dat hij het openbaar onderwijs nog altijd ziet als aanvullend onderwijs, waar het particulier initiatief tekort schiet. Daar is immers de overheid geroepen te zorgen voor onder wijs. De heer VAN DER WERFF zegt dat wethouder Bastiaensen heeft gesteld dat er vrijheid van onderwijs is en zo er een aanvrage tot stichting van een school binnenkomt, die aan de wettelijke voor waarden voldoet, deze zal moeten worden gehonoreerd. Spreker is daarmede natuurlijk zeer blij. In dit onderhavige geval betwijfelt hij echter of deze 1. o. m. -school wel levensvatbaarheid heeft en of aan de wettelijke voorschriften wel is voldaan. Deze protestant-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1963 | | pagina 80