91 13 FEBRUARI 1963. en hij noemt het thans niet redelijk van de raad te vragen de ge meente het verschil tussen de te betalen rente en de te berekenen rente te laten dragen. 306 Van de 312 onrendabele aansluitingen zijn op de oude voor waarden aangesloten. Spreker is ervan overtuigd dat de gemeente Breda de toets der vergelijking met de voorwaarden van de P. N. E. M. en ook met de voorwaarden van de omliggende gemeenten kan door staan. De gemeente Breda heeft voor haar onrendabele aansluitingen nog nimmer een baatbelasting ingevoerd, hetgeen door de gemeente Nieuw-Ginneken in de geannexeerde gebieden wel is gedaan. Indien het oude rente-percentage gehandhaafd blijft dan wordt er niet eenmalig gesubsidieerd maar zelfs blijvend, voor de onren dabele aansluitingen is geen rendabele exploitatie mogelijk. Spre ker is daarom van mening dat op de rente dan zeker door de gemeen te geen verlies mag worden geleden. Betrokkenen betalen alleen voor de werkzaamheden en kabelle vering door de gemeente op hun eigen terrein, terwijl de gemeente hen nog in de gelegenheid stelt het bedrag der kosten zo laag moge lijk te houden door zelf bijvoorbeeld bij het maken der sleuven, mede te werken. Spreker is ervan overtuigd dat de gemeente niets verweten kan worden en ziet de wijziging van het rente-percentage alleen als een financieel technische wijziging in de voorwaarden voor aansluiting. De heer BIEMANS zegt dat de voorwaarden voor onrendabele aan sluitingen van de gemeente Breda en van de P. N. E. M. praktisch gelijk zijn, alleen de P. N. E. M. heeft daarnaast nog een regeling voor super-onrendabele aansluitingen, waarbij de P. N. E. M. een tegemoetkoming in de kosten geeft. De zes laatste aansluitingen zouden naar zijn mening ook super-onrendabel genoemd kunnen worden. Hij wenst hierover niet met burgemeester en wethouders te vechten. Maar zou voor deze laatste aansluitingen gaarne een ge lijke regeling getroffen willen zien als bij de P. N. E. M.Een com pensatie in het rente-percentage is naar zijn mening hier toch wel op zijn plaats. De heer ZUTREGTOP merkt op dat het raadsbesluit waarbij de 3| °]o rente is vastgesteld in oktober 1950 is genomen. Toen was ech ter de rentestand ook hoger dan 3| voor de gemeente. Er hebben echter van dit raadsbesluit veel mensen geprofiteerd. Om deze re denen en denkende aan het spreekwoord "gelijke monniken, gelijke kappen" zou hij voor deze laatste 6 het percentage van 3?°/o willen handhaven. Wethouder VERMEULEN is van oordeel, dat men de totale rege ling moet zien en dat men nu niet alleen over deze 6 aansluitingen moet spreken. De heer Biemans heeft nog gezegd dat de kosten van de onrendabele aansluitingen vande gemeente Breda en de P. N. E. M. inderdaad gelijkliggen en wil deze zes aansluitingen nu weer zien als super-onrendabel. Spreker weet zeker dat de regeling van de gemeente Breda beter is dan van de P. N. E. M.Toevalligerwijze

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1963 | | pagina 91