105 12 FEBRUARI 1964. De heer VAN GASTEL dankt burgemeester en wethouders en in het bijzonder wethouder Meijs voor de gegeven nadere toelichting. Spreker zegt dat het natuurlijk duidelijk is dat de K. V. P. -fractie zich met het voorstel kan verenigen. Hij spreekt nog gaarne de hoop uit dat niettegenstaande investeringsbeperkende maatregelen, prijs verhogingen en aardgas-investeringen binnen 10 jaar alle geplande voorzieningen in het investeringsplan gerealiseerd zullen kunnen worden. Tenslotte wil hij burgemeester en wethouders en ook de ambtenaren dank brengen voor het vele werk verricht ten behoeve van het ont werpen van het investeringsplan. De heer MENDES wilde nog even op de schouwburgkwestie te rugkomen. Als hij het investeringsplan letterlijk moet opvatten, dan zou volgens zijn berekening in 1978 de schouwburg gereed zijn. Het is dan ongeveer 25 jaar dat de schouwburgkwestie voor het eerst onder woorden is gebracht. Spreker vindt dit zeer teleurstellend. Bovendien zullen burgemeester en wethouders er rekening mede moeten houden dat de huidige schouwburg het zo lang niet uit houdt, want hij heeft nu al gehoord dat er bv. aan het dak dringend voorzieningen getroffen moeten worden. Als de investeringen gaan zoals in dit plan gepland, dan zal de stadsschouwburg wel ingestort zijn. In het investeringsplan ziet spreker voor het gemeentehuis in 1969 twee miljoen gulden vermeld staan. Indien burgemeester en wet houders zeggen hiervan kan best 1 miljoen gulden afvoor de schouw burg dan zou hij zeggen akkoord. Maar als burgemeester en wet houders deze twee inrichtingen zo strikt gescheiden houden en het zo letterlijk moet worden opgevat, dan vindt spreker dit toch wel heel erg. Wethouder MEUS wil de heer Mendes al is het in derde instan tie toch nog wel even antwoorden. Met betrekking tot de tijdsduur voor de bouw van de stadsschouwburg, zoals de heer Mendes die heeft berekend, kan spreker wel akkoord gaan. Wanneer, zoals de heer Mendes stelt, de toestand van de huidige schouwburg het no- dit maakt dat met de bouw van de nieuwe eerder zal moeten wor den begonnen, dan zullen burgemeester en wethouders dit bij de herziening van het investeringsplan volgend jaar bij hun beschou wingen betrekken. Van de slechte toestand van de huidige schouw burg zullen zij dan nader kennis hebben kunnen nemen en zullen zij dus een argument te meer hebben om de nieuwbouw te bespoe digen. Spreker meent dat er momenteel sterkere argumenten zijn om het gemeentehuis voorrang te verlenen. Het vroeger plannen van de bouw van de schouwburg zal in ieder geval de moeilijkheid brengen dat andere plannen teruggeschoven moeten worden. Spreker zegt dat de tijd raad kan brengen. Het is daarom prettig dat het investeringsplan elk jaar bekeken wordt. Hij heeft per se niet gezegd.dat aan de begintijd voor de bouw van de schouwburg

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1964 | | pagina 105